ECLI:NL:RBDHA:2022:10188
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag en inreisverbod voor Somaliër met strafblad
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 5 oktober 2022 uitspraak gedaan in een procedure waarbij een Somaliër, eiser, zijn asielaanvraag en verzoek om voorlopige voorziening heeft ingediend tegen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder. De aanvraag om een verblijfsvergunning asiel werd door verweerder afgewezen als kennelijk ongegrond, met de motivatie dat eiser een gevaar vormt voor de openbare orde of nationale veiligheid. Eiser had eerder een asielaanvraag ingediend in 2020 en was in het verleden veroordeeld voor meerdere misdrijven, waaronder verkrachting en diefstal, wat leidde tot een inreisverbod van tien jaar.
De rechtbank heeft op 20 september 2022 de zaak behandeld, waarbij eiser werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk aanwezig was. Eiser betoogde dat hij bij terugkeer naar Somalië ernstige schade zou lijden, vooral door de aanwezigheid van Al Shabaab. De rechtbank oordeelde echter dat verweerder op goede gronden had geconcludeerd dat eiser zich in een gebied in Somalië kan vestigen waar Al Shabaab niet actief is, zoals Mogadishu. Eiser heeft niet voldoende onderbouwd dat Mogadishu voor hem geen vestigingsalternatief is.
De rechtbank heeft ook de strafmaatvergelijking van verweerder beoordeeld en geconcludeerd dat de eerdere veroordelingen van eiser, waaronder een gevangenisstraf voor verkrachting, voldoende grond vormden voor de conclusie dat hij een gevaar voor de openbare orde vormt. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om een voorlopige voorziening af, waarmee de beslissing van verweerder werd bevestigd.