In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 23 september 2022 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Iraakse nationaliteit, had op 3 april 2022 asiel aangevraagd in Nederland. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de asielaanvraag van eiser op 19 mei 2022 niet-ontvankelijk verklaard, omdat eiser internationale bescherming geniet in Bulgarije. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, waarbij hij betwist dat hij nog steeds internationale bescherming in Bulgarije geniet. Tijdens de zitting op 15 september 2022 heeft eiser, bijgestaan door een waarnemer van zijn gemachtigde, zijn standpunt toegelicht. De rechtbank heeft vastgesteld dat het onderzoek niet volledig is geweest en heeft besloten het onderzoek te heropenen op basis van artikel 8:68 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft verweerder opgedragen om het Eurodac-systeem opnieuw te raadplegen en de uitkomst daarvan binnen twee weken aan het digitale dossier toe te voegen. Tevens dient verweerder correspondentie met de Bulgaarse autoriteiten over de intrekking van eisers verblijfstatus toe te voegen. Eiser krijgt de gelegenheid om binnen een week na ontvangst van deze gegevens schriftelijk te reageren. De rechtbank houdt verdere beslissingen aan totdat alle benodigde informatie is ontvangen.