Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.[eisende partij sub 1] [plaats] ,
[eisende partij sub 2]te [plaats] ,
1.De procedure
- de dagvaarding van 20 maart 2020 met 32 producties;
- een herstelexploot oproeping van 19 mei 2020;
- de conclusie van antwoord met 15 producties;
- het tussenvonnis van 17 maart 2021 waarin een mondelinge behandeling is bevolen, ambtshalve nader bepaald op 9 juni 2021;
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 9 juni 2021 en de daarin genoemde stukken.
6 juli 2021 gebruikt gemaakt. Deze brief maakt onderdeel uit van het procesdossier. Het vonnis wordt gewezen met inachtneming van de inhoud ervan, voor zover het opmerkingen van feitelijke aard betreft.
2.De feiten
Hoofdstuk 2 Het lidmaatschap
‘URGENT: Aankondiging publicatie misstanden D66 ‘tenzij’.’Voor zover relevant, staat in deze e-mail het volgende.
3.Het geschil
4.De beoordeling
verlatenmet behoud van hun zetels. Ook nadien hebben zij in een e-mail aan de andere fractievoorzitters van de [de Gemeente] laten weten dat zij als
zelfstandigefractie actief blijven. Dit is door [eisende partij sub 1] ook zo op facebook gepost. In die post staat namelijk dat zij de burgemeester hebben laten weten dat zij als zelfstandige fractie actief blijven. Verder hebben [eisende partij sub 1 c.s.] via verschillende media geuit dat D66 na 9 jaar niet meer hun partij is en dat is gebroken met D66. Tot slot hebben [eisende partij sub 1 c.s.] niet weersproken dat de wijze van financiering na afsplitsing erop wijst dat zij een zelfstandige fractie vormden. Tegen deze achtergrond, is de conclusie gerechtvaardigd dat [eisende partij sub 1 c.s.] D66 niet langer in de gemeenteraad vertegenwoordigden, maar dat zij tezamen, of ieder voor zich, een eigen groep of fractie in de gemeenteraad hebben gevormd, terwijl ook D66 in de gemeenteraad was vertegenwoordigd (namelijk door [mevrouw A ] ).
doordat[eisende partij sub 1 c.s.] eigenstandig als nieuwe groepering in de raad zijn gaan zitten en is het lidmaatschap op die grond beëindigd. Ook dit betoog gaat dus niet op. Tegen deze achtergrond valt, zonder nadere toelichting, evenmin in te zien dat het tweede besluit tot opzegging op gespannen voet staat met de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van vereniging.
tot hedenlid van D66 zijn gebleven. Nu het lidmaatschap met het tweede besluit tot opzegging rechtsgeldig is beëindigd, is het lidmaatschap echter ten einde gekomen en zal ook de vordering onder 4 (zie 3.1) dus worden afgewezen.
5.De beslissing
mr. D. Nobel, rolrechter, op 18 augustus 2021.