Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiseres], eiseres
[eiser], eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
ProcesverloopBij afzonderlijke besluiten van 25 mei 2021 (de bestreden besluiten) heeft verweerder de aanvraag van eisers tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure afgewezen als kennelijk ongegrond.
Overwegingen
Verweerder vindt haar verdieping in het christelijke geloof niet geloofwaardig omdat zij niet de naam van haar kerk kan noemen, terwijl zij wel sinds een jaar of dertien maanden iedere zondag naar de kerk gaat. Zij weet ook de volledige naam van [naam 4] ([naam 4]) niet te noemen, terwijl zij een goede en hechte band heeft met [naam 4], [naam 4] de doop van eiseres heeft geregeld en in de eerste asielprocedure als getuige is meegekomen naar de zitting. De stelling van eiseres dat zij uit liefdadigheid sjaals en truien maakte, is al in de eerste asielprocedure aan de orde gekomen zodat dit geen nieuw feit of nieuwe omstandigheid is. Verder vindt verweerder de verklaringen van eiseres over psalm 23 onvoldoende omdat zij niet duidelijk heeft gemaakt in welk opzicht psalm 23 voor haar persoonlijk van toepassing is. Dat iemand een beroep kan doen op God om beschermd en geholpen te worden is te algemeen van aard en verschaft geen inzicht in de persoonlijke problematiek die eiseres stelt te hebben en met name in hoeverre deze psalm haar geholpen heeft haar problemen te overwinnen. Ook heeft eiseres niet duidelijk gemaakt op welke manier het verhaal van Lucas persoonlijk op haar van toepassing is. Ten aanzien van de verklaringen van eiseres dat zij meer vergevingsgezind is geworden, blijft eiseres volgens verweerder hangen in summiere en oppervlakkige verklaringen. Zij kan niet duidelijk verklaren wat maakt dat zij door de tijd heen vergevingsgezinder is geworden. Nu eiseres de Bijbel leest, bijbellessen volgt en naar de kerk gaat, mag van haar worden verwacht dat zij uitgebreider kan vertellen over haar gedachten en gevoelens omtrent het onderwerp vergevingsgezindheid, aldus verweerder. De verklaringen van eiseres ten aanzien van de diepgewortelde rust zijn door verweerder eveneens eenzijdig en summier geacht. Het enkele verband tussen niet meer bang zijn voor de dood door haar geloof in Jezus is te simpel van aard om een verklaring te geven voor het verschil tussen de rust die zij in de eerste procedure heeft aangegeven en de huidige diepgewortelde rust. Eiseres is ook ongerijmd in haar verklaringen ten aanzien van haar evangelisatie.
nietdoorslaggevend te achten. De Afdeling heeft in haar uitspraak van 12 mei 2021 [9] bepaald dat verweerder ook daadwerkelijk en kenbaar moet motiveren hoe hij de verklaringen van derden weegt in het licht van de afgelegde en ongeloofwaardig geachte verklaringen. Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder dat in het voornemen, het bestreden besluit en op zitting niet gedaan. Uit al het voorgaande volgt dat verweerder niet deugdelijk heeft gemotiveerd waarom het niet geloofwaardig is dat eiseres zich in het christendom heeft verdiept.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- verklaart het beroep ongegrond.