ECLI:NL:RBDHA:2021:8494

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
28 juli 2021
Publicatiedatum
3 augustus 2021
Zaaknummer
NL21.8144
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak wegens ontbreken essentieel document

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 28 juli 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. A. Hadfy-Kovacs, had beroep ingesteld tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, die de asielaanvraag buiten behandeling had gesteld op 27 mei 2021. De verzoeker heeft de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, maar is niet verschenen op de zitting op 8 juli 2021, ondanks dat hij hiervan op de hoogte was gesteld. De staatssecretaris was wel vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. M.M. van Woensel.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, mede omdat er op dezelfde dag een uitspraak is gedaan in een andere zaak (NL21.8143) die verband houdt met het beroep van de verzoeker. De rechtbank heeft in die uitspraak geoordeeld dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat het verzoek om voorlopige voorziening niet kan worden toegewezen, aangezien de verzoeker niet is verschenen en er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn aangevoerd die een andere beslissing rechtvaardigen.

De uitspraak is gedaan door mr. W.M.P. van Alphen, in aanwezigheid van griffier mr. M.Ch. Grazell, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de Rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL21.8144

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[Naam 1], verzoeker

V-nummer: [Nummer]
(gemachtigde: mr. M.M. van Woensel),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. A. Hadfy-Kovacs).

Procesverloop

Bij besluit van 27 mei 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker buiten behandeling gesteld.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met de zaak NL21.8143, op 8 juli 2021 op zitting behandeld. Verzoeker en zijn gemachtigde zijn, met bericht van verhindering, niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL21.8143, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. W.M.P. van Alphen, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr.M.Ch. Grazell, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.