ECLI:NL:RBDHA:2021:8211
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 15 juli 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. J.J. Bronsveld, had beroep ingesteld tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarin de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling was genomen. De zitting vond plaats in Middelburg, waar de verzoeker en zijn gemachtigde niet verschenen, maar de staatssecretaris was vertegenwoordigd door mr. H.J. Metselaar.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening behandeld samen met een andere zaak (NL21.7586) en heeft na de zitting onmiddellijk uitspraak gedaan. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, onder verwijzing naar de uitspraak in de andere zaak, waarin ook op het beroep is beslist. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is openbaar uitgesproken en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing. De uitspraak is bekendgemaakt op 15 juli 2021, en de betrokken partijen zijn op de hoogte gesteld van de beslissing.