Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 19 juli 2021 in de zaak tussen
de minister voor Rechtsbescherming, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
- een veroordeling wegens diefstal [3] en diefstal in vereniging met braak [4] tot een taakstraf van 40 uren subsidiair 20 dagen hechtenis en een gevangenisstraf van 28 dagen waarvan 14 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren, met bijzondere voorwaarden. Deze zaak is op 1 november 2019 onherroepelijk geworden.
- een veroordeling wegens verduistering in dienstbetrekking [5] , meermalen gepleegd tot een taakstraf van 60 uren subsidiair 30 dagen hechtenis. Deze uitspraak is op 10 mei 2019 onherroepelijk geworden.
- een veroordeling wegens rijden onder invloed [6] tot een taakstraf van 34 uren subsidiair 17 dagen hechtenis en een rijontzegging van 8 maanden waarvan 4 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren. Deze proeftijd is nog van kracht tot 9 januari 2021. Deze uitspraak is op 22 november 2018 onherroepelijk geworden.
- een veroordeling wegens diefstal in vereniging [7] , meermalen gepleegd, deelneming aan misdadige organisatie [8] en openlijke geweldpleging [9] tot een werkstraf van 50 uren subsidiair 25 dagen jeugddetentie en een voorwaardelijke jeugddetentie van 3 maanden met een proeftijd van twee jaren. Deze proeftijd is nog van kracht tot 11 mei 2021. Deze uitspraak is op 12 mei 2018 onherroepelijk geworden.