ECLI:NL:RBDHA:2021:7542

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
13 juli 2021
Publicatiedatum
16 juli 2021
Zaaknummer
AWB 20/2695
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om uitstel van uitzetting in vreemdelingenzaak

Op 13 juli 2021 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer AWB 20/2695. De zaak betreft een verzoekster die, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. L.I. Siers, een verzoek heeft ingediend om de uitzetting door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid uit te stellen. Dit verzoek is gedaan in het kader van een hangende beroepsprocedure met een ander zaaknummer, AWB 20/2694.

De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en artikel 8:83, derde lid, van de Awb, buiten zitting uitspraak gedaan. De rechter heeft overwogen dat er geen aanleiding is om de gevraagde voorziening toe te kennen, aangezien er op 2 juli 2021 al een beslissing is genomen in het beroep. Hierdoor is het verzoek kennelijk ongegrond verklaard en afgewezen.

De uitspraak is gedaan door mr. K.M. de Jager, in aanwezigheid van griffier G. de Keuning. De uitspraak is openbaar gemaakt op 13 juli 2021 en is geanonimiseerd gepubliceerd. De voorzieningenrechter heeft de beslissing genomen met inachtneming van de relevante wetgeving en de omstandigheden van de zaak.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg

Bestuursrecht
Zaaknummer: AWB 20/2695
V-nummer: [Nummer]

uitspraak van de voorzieningenrechter voor vreemdelingenzaken in de zaak tussen

[Naam], verzoekster,

gemachtigde mr. L.I. Siers,
tegen

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

verweerder.

Overwegingen

De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en artikel 8:83, derde lid, van de Awb uitspraak buiten zitting.
De voorzieningenrechter is verzocht om hangende beroep in de procedure met zaaknummer AWB 20/2694 te bepalen dat verweerder de uitzetting van verzoekster achterwege dient te laten, totdat op het beroep is beslist.
In het onderhavige geval is er geen aanleiding tot het treffen van de gevraagde voorziening, nu op 2 juli 2021 op het beroep is beslist. Het verzoek is kennelijk ongegrond en wordt daarom afgewezen.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. K.M. de Jager, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van G. de Keuning, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
Deze uitspraak is bekend gemaakt op 13 juli 2021.
Afschrift verzonden op: