ECLI:NL:RBDHA:2021:7290
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in afwachting uitspraak over Griekse statushouders
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 6 juli 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van een verzoeker die asiel heeft aangevraagd. De verzoeker had tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beroep ingesteld, waarin zijn aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet-ontvankelijk was verklaard. Dit gebeurde op grond van de stelling dat de verzoeker in Griekenland internationale bescherming zou genieten.
De verzoeker heeft de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, omdat hij in afwachting was van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State over de situatie van statushouders in Griekenland. Tijdens de zitting op 29 januari 2021 was de verzoeker niet verschenen, maar zijn gemachtigde was wel aanwezig. De behandeling van het beroep werd geschorst in afwachting van de uitspraak in de hoger beroepsprocedure.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er nog geen beslissing was genomen op het verzoek om voorlopige voorziening dat gelijktijdig met het beroep was ingediend. De verzoeker heeft op 11 mei 2021 een nader verzoek ingediend, waarin hij zijn situatie toelichtte en vroeg om reguliere opvang. De voorzieningenrechter heeft uiteindelijk besloten om het verzoek om voorlopige voorziening toe te wijzen, zodat de verzoeker niet uit Nederland mag worden verwijderd totdat er op het beroep is beslist. Tevens is de staatssecretaris veroordeeld in de proceskosten van de verzoeker, vastgesteld op € 748,=.