ECLI:NL:RBDHA:2021:7277
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag en interstatelijk vertrouwensbeginsel in het kader van de Dublinverordening
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 2 juli 2021 uitspraak gedaan over de asielaanvraag van eiser, die niet in behandeling is genomen door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank heeft geoordeeld dat Spanje verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag van eiser, op basis van de Dublinverordening. Eiser had beroep ingesteld tegen het besluit van 18 mei 2021, waarin werd gesteld dat Spanje de verantwoordelijkheid op zich nam voor de behandeling van zijn asielverzoek.
Tijdens de zitting op 2 juli 2021 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht, waarbij de gemachtigden van eiser en verweerder aanwezig waren. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen reden is om aan te nemen dat Spanje zijn internationale verplichtingen niet zal nakomen. Eiser heeft geen overtuigende documenten overgelegd die zouden aantonen dat hij in Spanje niet de middelen heeft om zijn recht te halen of dat hij niet kan klagen bij de Spaanse autoriteiten.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat de verklaringen van eiser niet voldoende zijn om te twijfelen aan de bereidheid van Spanje om het asielverzoek te behandelen. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op 2 juli 2021 door rechter J.F.I. Sinack, in aanwezigheid van griffier N.H. de Zeeuw. Eiser kan binnen één week na bekendmaking van deze uitspraak hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.