ECLI:NL:RBDHA:2021:7276

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 juli 2021
Publicatiedatum
13 juli 2021
Zaaknummer
NL21.8531
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag met betrekking tot verantwoordelijkheid Ierland

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 7 juli 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, wiens naam niet is vermeld, had een asielaanvraag ingediend, maar deze werd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet in behandeling genomen. De reden hiervoor was dat Ierland verantwoordelijk werd geacht voor de behandeling van de asielaanvraag.

De verzoeker heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 25 juni 2021, maar de verzoeker was niet aanwezig, terwijl de verweerder zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde, mr. C.H.H.P.M. Kelderman. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening behandeld samen met een andere zaak, genummerd NL21.8530.

In de uitspraak van vandaag, die ook betrekking heeft op de zaak NL21.8530, heeft de rechtbank geoordeeld dat er geen aanleiding is om het verzoek om voorlopige voorziening toe te wijzen. De voorzieningenrechter heeft het verzoek afgewezen en er is geen proceskostenveroordeling uitgesproken. De uitspraak is gedaan door mr. W. Anker, in aanwezigheid van griffier mr. N.M.L. van der Kammen. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL21.8531

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam], verzoeker

V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. E. Stap),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. C.H.H.P.M. Kelderman.).

Procesverloop

Bij besluit van 2 juni 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling genomen op de grond dat Ierland verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL21.8530, op 25 juni 2021 op zitting behandeld. Verzoeker is, met bericht van verhindering, niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL21.8530, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. W. Anker, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. N.M.L. van der Kammen, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
Deze uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.