Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Middelburg
uitspraak van de voorzieningenrechter voor vreemdelingenzaken in de zaak tussen
[Naam], verzoeker,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
Op 6 juli 2021 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer AWB 20/7990. De zaak betreft een verzoek van een vreemdeling, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. W.N. van der Voet, om te bepalen dat de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de uitzetting van verzoeker achterwege dient te laten totdat er een beslissing is genomen op het beroep in een andere procedure (zaaknummer AWB 20/7989). De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en artikel 8:83, derde lid, van de Awb uitspraak gedaan buiten zitting. Tijdens de beoordeling van het verzoek is vastgesteld dat er op 23 juni 2021 al een beslissing was genomen op het beroep, waardoor er geen aanleiding was om de gevraagde voorziening te treffen. Het verzoek is daarom kennelijk ongegrond verklaard en afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt op 6 juli 2021 en is gedaan door mr. K.M. de Jager, in tegenwoordigheid van griffier G. de Keuning.