Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.Het wrakingsverzoek
1). De mensen die hier niets te zoeken hebben niet heeft verwijderd uit de rechtbank en mij
Rechtbank Den Haag
Op 14 juni 2021 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan op het wrakingsverzoek van verzoekster, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. P.C. van den Berg. Het verzoek strekte tot wraking van mr. I.A.M. Kroft, de rechter in een aanhangige civiele procedure. Verzoekster voerde aan dat de rechter partijdig was en noemde verschillende gronden voor haar verzoek, waaronder het niet verwijderen van ongewenste personen uit de rechtszaal en het niet behandelen van haar eisen. De wrakingskamer oordeelde dat een procedurele beslissing van de rechter in beginsel geen wrakingsgrond is. De wrakingskamer benadrukte dat de rechterlijke onpartijdigheid wordt vermoed en dat verzoekster concrete omstandigheden moet aanvoeren om vooringenomenheid aan te tonen. De aangevoerde gronden werden niet als voldoende beschouwd om te concluderen dat de rechter partijdig was. De wrakingskamer wees het verzoek tot wraking af en bepaalde dat de hoofdzaak voortgezet wordt in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het wrakingsverzoek. De beslissing werd openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.