Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.De feiten
De verklaring van de psychiater d.d. 6-3-2021 bevat inhoudelijk geen nieuwe gegevens ten opzichte van de informatie die ik heb gebruikt bij de totstandkoming van mijn advies d.d. 2-2-2021. Ik blijf daarom bij dit medisch advies. De heer [eiser] is bekend met langdurige chronische psychische problematiek en ik verwacht dat er lijdensdruk bestaat. Maar zoals in het advies is beschreven, zijn binnen (en eventueel vanuit) detentie psychologische en psychiatrische behandeling en ondersteuning beschikbaar, waarmee de problematiek kan worden gestabiliseerd.”
3.Het geschil
4.De beoordeling van het geschil
“De informatie van behandelaren was voor mij toereikend om een uitspraak te kunnen doen over de vraag die de medisch adviseur beantwoordt bij detentiegeschiktheidsonderzoek (zoals hierboven beschreven). Daarvoor is bij de beschikbare medische informatie geen persoonlijk contact met betrokkene nodig. Om tot een zorgvuldige beoordeling te komen heb ik psychiatrische en psychologische deskundigheid betrokken. Dit heb ik ook nu met de ingekomen aanvullende informatie gedaan.”
intensievebehandeling loopt onjuist is. Verder acht de voorzieningenrechter de stelling van [eiser] dat het onjuist is dat vanuit detentie voldoende zorg en behandeling kan worden geboden om de problematiek te stabiliseren, onvoldoende onderbouwd. [eiser] heeft daartoe verklaard dat “het kwaad dan al is geschied” en dat hij (verkort weergegeven) de (dreiging van de) detentie niet zal overleven. In het (aanvullend) advies is echter in aanmerking genomen dat het vooruitzicht op detentie heeft geleid tot een toename van angstklachten, dat er lijdensdruk bestaat en dat binnen de detentie de klachten in eerste instantie mogelijk toenemen. De arts heeft met inachtneming van die omstandigheden geconcludeerd dat tijdens de detentie voldoende zorg en behandeling kan worden geboden om de problematiek te stabiliseren, met dien verstande dat zij aanvullend adviseert om bij binnenkomst in de penitentiaire inrichting direct een beoordeling door de inrichtingspsycholoog te laten plaatsvinden vanwege een mogelijke toename van psychische klachten, zodat de psycholoog de benodigde zorg in kaart kan brengen en de meest passende detentieomgeving en afdeling kan bepalen, waarbij een plaatsing op de extra zorg voorziening aangewezen lijkt.