ECLI:NL:RBDHA:2021:5945

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 juni 2021
Publicatiedatum
10 juni 2021
Zaaknummer
NL21.7058
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag met betrekking tot Duitsland

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 28 mei 2021 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, vertegenwoordigd door mr. P.H. Hillen, had tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beroep ingesteld. Dit besluit, genomen op 6 mei 2021, hield in dat de asielaanvraag van de verzoeker niet in behandeling werd genomen, omdat Duitsland verantwoordelijk zou zijn voor de behandeling van de aanvraag.

Tijdens de zitting, die plaatsvond op 28 mei 2021, was de verzoeker en zijn gemachtigde afwezig, terwijl de staatssecretaris zich liet vertegenwoordigen door mr. C.H.H.P.M. Kelderman. De voorzieningenrechter heeft na de behandeling van de zaak onmiddellijk uitspraak gedaan. In de uitspraak werd het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, met als reden dat er al een uitspraak was gedaan in een andere zaak (NL21.7057) die relevant was voor de beslissing.

De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door mr. J.F.I. Sinack, in aanwezigheid van griffier mr. J. de Winter. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg Bestuursrecht zaaknummer: NL21.7058
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[naam], verzoeker V-nummer: [nummer] (gemachtigde: mr. P.H. Hillen),
en
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. C.H.H.P.M. Kelderman).

Procesverloop

Bij besluit van 6 mei 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling genomen op de grond dat Duitsland verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Het onderzoek ter zitting heeft, tezamen met de behandeling van de zaak NL21.7057, plaatsgevonden op 28 mei 2021. Verzoeker en zijn gemachtigde zijn, met bericht van verhindering, niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk ter zitting uitspraak gedaan.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL21.7057, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 28 mei 2021 door mr. J.F.I. Sinack, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. J. de Winter, griffier.
Dit proces-verbaal is bekendgemaakt op:

Documentcode: DSR15267026

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.