ECLI:NL:RBDHA:2021:5719

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
1 juni 2021
Publicatiedatum
7 juni 2021
Zaaknummer
AWB 20/2672
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geen rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan; beroep op Benelux-overeenkomst slaagt niet

Op 1 juni 2021 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer AWB 20/2672, waarin verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. N. Hamzaoui, een voorlopige voorziening heeft verzocht tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Dit besluit, genomen op 14 maart 2019, stelde vast dat verzoeker geen rechtmatig verblijf had als gemeenschapsonderdaan. Het bestreden besluit van 11 maart 2020 verklaarde het bezwaar van verzoeker tegen het primaire besluit kennelijk ongegrond.

Tijdens de zitting op 29 april 2021 in Breda is verzoeker verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde, terwijl de staatssecretaris zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat er op dezelfde dag een uitspraak is gedaan in een andere zaak met het nummer AWB 20/2670, wat van invloed was op de beslissing in deze zaak. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.

De uitspraak is gedaan door mr. M.J. Schouw, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. A.J.J. Sterks, griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
Zaaknummer: AWB 20/2672
uitspraak van de voorzieningenrechter in vreemdelingenzaken van 1 juni 2021 op het verzoek om voorlopige voorziening in de zaak tussen

[Naam 1], verzoeker,

V-nummer: [Nummer 1]
gemachtigde: mr. M.H. Steenbergen,
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,

gemachtigde: mr. N. Hamzaoui.

Procesverloop

Bij besluit van 14 maart 2019 (primaire besluit) heeft verweerder vastgesteld dat verzoeker geen rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan.
Bij besluit van 11 maart 2020 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van verzoeker tegen het primaire besluit kennelijk ongegrond verklaard.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden in Breda op 29 april 2021. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Vandaag heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep met zaaknummer AWB 20/2670. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan op 1 juni 2021 door mr. M.J. Schouw, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. A.J.J. Sterks, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.