Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[Naam 1], verzoeker,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
Op 1 juni 2021 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer AWB 20/2672, waarin verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. N. Hamzaoui, een voorlopige voorziening heeft verzocht tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Dit besluit, genomen op 14 maart 2019, stelde vast dat verzoeker geen rechtmatig verblijf had als gemeenschapsonderdaan. Het bestreden besluit van 11 maart 2020 verklaarde het bezwaar van verzoeker tegen het primaire besluit kennelijk ongegrond.
Tijdens de zitting op 29 april 2021 in Breda is verzoeker verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde, terwijl de staatssecretaris zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat er op dezelfde dag een uitspraak is gedaan in een andere zaak met het nummer AWB 20/2670, wat van invloed was op de beslissing in deze zaak. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. M.J. Schouw, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. A.J.J. Sterks, griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.