ECLI:NL:RBDHA:2021:3532
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige bewaring van een Sierra Leoonse vreemdeling en schadevergoeding
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 2 april 2021 uitspraak gedaan in een beroep tegen de maatregel van bewaring die aan eiser, een Sierra Leoonse vreemdeling, was opgelegd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De maatregel van bewaring was op 21 december 2020 opgelegd op grond van artikel 59 van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft tegen het voortduren van deze maatregel beroep ingesteld en verzocht om schadevergoeding. Tijdens de zitting op 1 april 2021 heeft de rechtbank de argumenten van beide partijen gehoord. Eiser stelde dat verweerder onvoldoende voortvarend had gehandeld in het proces van zijn uitzetting, terwijl verweerder betoogde dat er wel degelijk voortvarend was gewerkt. De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatregel van bewaring onrechtmatig was, omdat verweerder niet tijdig had gehandeld om de uitzetting van eiser te realiseren. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en de opheffing van de maatregel van bewaring bevolen met terugwerkende kracht tot 1 februari 2021. Tevens is er een schadevergoeding van € 6.100,- toegekend aan eiser voor de onrechtmatige vrijheidsontneming gedurende 61 dagen. Daarnaast is verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser, vastgesteld op € 1.068,-. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.