Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.Bewijsoverwegingen
- Met betrekking tot de staat van onderhoud van de bestelauto en de fiets, de weersgesteldheid, het wegdek en de verkeerssituatie zijn geen gebreken en bijzonderheden vastgesteld die mogelijk van invloed zijn geweest op het ontstaan of het verloop van het ongeval;
- Ter plaatse waren op de meest rechter rijstrook voor het rechtdoorgaande verkeer bandensporen te zien, die eindigden onder de voorwielen van de bestelauto. Deze bandensporen zijn beoordeeld als rembloksporen: links 12,85 m en rechts 13,75 m. Op basis van deze sporen is een berekening gemaakt van de snelheid van de bestelauto: deze zou rond de 50 km/u hebben gelegen.
- Het verkeer op de kruising wordt geregeld door een verkeersregelinstallatie die ten tijde van het ongeval was ingeschakeld en naar behoren functioneerde. De regelkast van de verkeersregelinstallatie op de kruising is geopend en daar zijn geen storingen waargenomen. Bij de beheerder is data opgevraagd om vast te kunnen stellen of een van de betrokkenen een rood verkeerslicht heeft genegeerd. Uit deze data blijkt dat de bestuurder van de bestelauto het voor hem op rood staande verkeerslicht 12,7 seconden heeft genegeerd. De fietser heeft bij groen licht [straatnaam 1] overgestoken.
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De strafoplegging
7.De toepasselijke wetsartikelen
8.De beslissing
90 (NEGENTIG) UREN;
45 (VIJFENVEERTIG) DAGEN;
proeftijdniet schuldig maakt aan een strafbaar feit.