Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.ITT CONTROLS B.V.,
ITT HOLDING B.V.,
[gedaagde sub 3],
1.De procedure
- de dagvaardingen van 1 oktober 2020, met producties EP01 tot en met EP20;
- de akte overlegging aanvullende producties van Schlumberger c.s., ingekomen ter griffie op 20 november 2020, met producties EP21 tot en met EP30;
- de pleitnota van Schlumberger c.s., ingekomen ter griffie op 24 november 2020;
- de pleitnota van ITT Controls c.s., ingekomen ter griffie op 24 november 2020, met producties GP01 tot en met GP03;
- het e-mailbericht van ITT Controls c.s., ingekomen ter griffie op 24 november 2020, met productie GP04;
- de digitale mondelinge behandeling via Skype-verbinding op 26 november 2020 met participatie van advocaten en namens Schlumberger c.s. een octrooigemachtigde.
2.De feiten
Schlumberger c.s.
Cameron” of “ITT
Cameron”aanklikt, komt die bezoeker terecht op een pagina met CAMERON-producten, en als de bezoeker “
Barton” of “ITT
Barton”aanklikt, komt die bezoeker terecht op een pagina met BARTON-producten van Schlumberger c.s. Via de opties “contact” of “order” wordt de bezoeker vervolgens doorgestuurd naar de algemene website ittcontrols.nl.
3.Het geschil
exclusive supplier/ exclusieve leverancier is van producten van Schlumberger c.s. Daarmee maakt ITT Controls c.s. zich schuldig aan misleidende reclame in de zin van artikel 6:194 BW [3] , dan wel onrechtmatige vergelijkende reclame volgens artikel 6:194a BW of oneerlijke handelspraktijken ex artikel 6:193 sub a tot en met j BW.
4.De beoordeling
Bevoegdheid
exclusive supplier/ exclusieve leverancier is (zie onder 2.7 en 2.8.1). Dat ITT Controls hiermee bedoeld heeft te zeggen dat zij louter kwaliteitsproducten levert, zoals ITT Controls c.s. aanvoert, is – wat daar ook van zij – niet relevant, nu deze bedoeling voor gebruikers van de websites niet duidelijk is. Daarnaast gaat de voorzieningenrechter voorbij aan het verweer dat met het logo van ITT Controls op de websites duidelijk is dat die websites van ITT Controls zijn. Ook door een zelfstandige onderneming met een eigen website kan immers de indruk worden gewekt dat een commerciële band bestaat met een bepaalde merkhouder. Deze indruk wordt op de website verbonden aan de domeinnaam cameron.nl naar voorlopig oordeel versterkt omdat niet alleen links bovenaan de pagina het logo van ITT Controls zichtbaar is, maar ook, direct onder de zwarte menubalk, het logo en de naam van Cameron en Barton, zowel zelfstandig als gekoppeld aan ‘ITT’ (vergelijk onder 2.8.1).
exclusive supplier” (zie onder 2.7 en 2.8.1). De voorzieningenrechter is – met Schlumberger c.s. – voorshands van oordeel dat dit misleidende reclame is in de zin van artikel 6:194 lid 1 sub i BW, nu vaststaat dat ITT Controls geen officiële wederverkoper is van Schlumberger c.s. Met verwijzing naar r.o. 4.15 verwerpt de voorzieningenrechter het verweer van ITT Controls c.s. dat zij met deze zinsnede niet bedoeld heeft te zeggen dat ITT Controls een officiële wederverkoper is. Dat betekent dat opname van voornoemde zinsnede op haar webpagina’s als onrechtmatig worden aangemerkt jegens Schlumberger c.s.
exclusive supplier”, nu dat de aanduidingen zijn die ITT Controls op haar webpagina’s gebruikt (en niet “exclusieve distributeur”, zoals is opgenomen in het petitum).
IE-zaken (versie van 1 april 2017). Met partijen is de voorzieningenrechter van oordeel dat onderhavige zaak onder de in die Indicatietarieven genoemde categorie ‘normaal kort geding’ valt. Aan die categorie is een maximumtarief van € 15.000,- voor honoraria verbonden. Voor het IE-deel van de zaak zullen de kosten daarom worden begroot op een bedrag van € 13.500,- (90% x € 15.000,-), waarvan 1/3 deel, derhalve € 4.500,-, voor vergoeding in aanmerking komt. Voor het ‘niet-IE-deel’ van de zaak zal de voorzieningenrechter voor het vaststellen van de honoraria van de bij de zaak betrokken advocaten van Schlumberger c.s. het reguliere liquidatietarief toepassen. Dit betekent (omdat het een normaal kort geding betreft) dat de kosten worden begroot op een bedrag van € 98,- (10% van € 980,- ), waarvan 1/3 deel, derhalve € 32,65 zal worden toegewezen. Vermeerderd met het door Schlumberger c.s. betaalde griffierecht van € 656,- en de door haar betaalde deurwaarderskosten van € 83,38, sluiten de toe te wijzen proceskosten op een totaalbedrag van (€ 4.500,- + € 32,65 + € 656,- + € 83,38 =) € 5.272,03. De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten zal worden toegewezen als in het dictum vermeld.
5.De beslissing
exclusive suppliervan Schlumberger-producten te communiceren;