In deze zaak heeft Stichting Altvoorde, eiseres, een verzoek ingediend bij de gemeenteraad van Voorschoten om twee namen toe te voegen aan een oorlogsmonument. Eiseres diende dit verzoek op 30 januari 2020 in, maar ontving geen tijdige reactie van de gemeente. Op 16 maart 2020 maakte eiseres bezwaar tegen het uitblijven van een besluit. De gemeente verklaarde het bezwaar op 9 april 2020 niet-ontvankelijk, omdat het verzoek volgens hen geen verzoek om een besluit was in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Eiseres ging hiertegen in beroep.
De rechtbank heeft op 1 maart 2021 uitspraak gedaan. De rechtbank oordeelde dat het verzoek van eiseres om de namen toe te voegen aan het monument geen publiekrechtelijke rechtshandeling betreft, en dat er daarom geen sprake was van een verzoek om een besluit. De rechtbank concludeerde dat verweerder het bezwaar van eiseres terecht niet-ontvankelijk had verklaard. Eiseres had niet aangetoond dat het verzoek om de namen toe te voegen een besluit vereiste volgens de Awb. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en gaf aan dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.