ECLI:NL:RBDHA:2021:17106
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens niet voldoen aan wettelijke eisen
In deze zaak heeft eiseres op 5 juni 2020 beroep ingesteld tegen een besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, genomen op 8 mei 2020. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroepschrift niet voldoet aan de wettelijke eisen zoals gesteld in de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Artikel 8:54 van de Awb stelt dat de rechtbank partijen niet hoeft uit te nodigen voor een zitting als het beroep niet inhoudelijk kan worden behandeld. Dit was in dit geval aan de orde omdat eiseres niet heeft aangegeven waarom zij het niet eens was met het besluit, wat vereist is volgens artikel 6:5 van de Awb. De rechtbank heeft eiseres op 22 februari 2021 een aangetekende brief gestuurd met het verzoek om binnen vier weken haar beroepsgronden te verduidelijken, maar eiseres heeft hierop niet gereageerd. Hierdoor kon de rechtbank het beroep niet inhoudelijk behandelen en heeft zij het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft ook geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. L.M. Reijnierse en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.