ECLI:NL:RBDHA:2021:17062
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van de kantonrechter in een civiele procedure met verzoeker en de Gemeente Capelle aan den IJssel
Op 29 oktober 2021 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan op het wrakingsverzoek van een verzoeker tegen kantonrechter mr. C.W.D. Bom. Het verzoeker heeft het wrakingsverzoek ingediend zonder tussenkomst van zijn advocaat, mr. S. van Buuren, die hem bijstaat in de hoofdzaak. Het wrakingsverzoek is ingediend naar aanleiding van een zitting op 15 oktober 2021, waarbij verzoeker te laat arriveerde en de zaak al was gesloten. Verzoeker stelde dat hij recht had op een onafhankelijke rechter en dat de behandeling van zijn zaak niet correct was verlopen. De wrakingskamer heeft echter geoordeeld dat de kantonrechter niet verantwoordelijk was voor de te late aankomst van verzoeker en dat er geen omstandigheden waren die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar zouden brengen. Het verzoek werd daarom kennelijk ongegrond verklaard. Bovendien werd opgemerkt dat verzoeker in het verleden al meerdere wrakingsverzoeken had ingediend, die geen van allen waren gehonoreerd. De wrakingskamer concludeerde dat verzoeker het wrakingsmiddel misbruikte, wat leidde tot de beslissing dat toekomstige wrakingsverzoeken in deze zaak niet meer in behandeling zouden worden genomen. De beslissing werd openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.