ECLI:NL:RBDHA:2021:17020
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak na uitspraak in beroepsprocedure
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 30 december 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. K. Yousef, had een verzoek ingediend na het bestreden besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarin de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling werd genomen. Verzoeker heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 28 december 2021 behandeld, waarbij verzoeker aanwezig was en verweerder, met voorafgaand bericht, niet verschenen was.
De voorzieningenrechter overwoog dat in een eerdere uitspraak, zaaknummer NL21.18451, reeds op het beroep was beslist. Hierdoor was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen. Daarnaast werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.