Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser], eiser V-nummer: [V-nummer]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 8 december 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een eiser van Spaanse nationaliteit. De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had op 25 november 2021 de maatregel van bewaring opgelegd op grond van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, dat tevens als verzoek om schadevergoeding moet worden aangemerkt. Tijdens de zitting op 6 december 2021, waar eiser werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk, heeft de rechtbank de zaak behandeld.
De rechtbank overweegt dat de Staatssecretaris voldoende gronden heeft aangevoerd voor de maatregel van bewaring, waaronder het risico dat eiser zich aan het toezicht zou onttrekken. Eiser betwistte enkele gronden van de maatregel, maar de rechtbank oordeelt dat de niet-betwiste gronden al voldoende zijn om de maatregel te rechtvaardigen. Eiser stelde dat een lichter middel, zoals een meldplicht, had kunnen worden opgelegd, maar de rechtbank oordeelt dat de Staatssecretaris deugdelijk heeft gemotiveerd waarom dit niet is gedaan. Eiser had immers geen rechtmatig verblijf meer in Nederland en had geen gevolg gegeven aan de aanzegging om Nederland te verlaten.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst ook het verzoek om schadevergoeding af. Er bestaat geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl en kan binnen een week na bekendmaking worden aangevochten bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.