Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 26 februari 2021 in de zaak tussen
[naam eiser] , eiser, en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
Stc.2016, 46741). Het beleid is in werking getreden met ingang van 8 september 2016. Uit de toelichting blijkt dat met dit beleid werd beoogd beter aan te sluiten bij de jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) over de vaststelling van de familieband tussen ouders en hun jong volwassen kinderen (o.a. EHRM van 23 september 2009, nr. 25672/07 (Boussara t. Frankrijk), EHRM van 14 juni 2011, nr. 38058/09 (Osman t. Denemarken) en EHRM van 20 september 2011, nr. 8000/08 (A.A. t. Verenigd Koninkrijk)). In deze jurisprudentie nuanceert het EHRM de rol (of betekenis) van de toets of sprake is van een meer dan gebruikelijke afhankelijkheid voor een bepaalde groep meerderjarige kinderen. Dit betreft de groep meerderjarige kinderen – de jongvolwassenen – die altijd feitelijk zijn blijven behoren tot het gezin van de ouders. Verweerder zal op basis van een individuele beoordeling vaststellen of de jongvolwassene altijd heeft behoord en nog steeds behoort tot het gezin van de ouders.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- bepaalt dat verweerder binnen vier weken na verzending van deze uitspraak een nieuw besluit neemt met inachtneming van deze uitspraak;