Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de rechter van
12 augustus 2021 in de zaak tussen
[eiser] , V-nummer: [V-nummer] , eiser
de Minister van Buitenlandse Zaken, verweerder
Procesverloop
Beslissing
Overwegingen
19 januari 2021 [1] . In deze zaak heeft verweerder ook het bezwaar tegen de weigering van een visumaanvraag kennelijk ongegrond verklaard, omdat de eiser in die zaak werd beschouwd als een bedreiging voor de volksgezondheid zoals omschreven in artikel 2, lid 21, van de Schengengrenscode, vanwege de uitbraak van het coronavirus. De rechtbank heeft hierover geoordeeld dat verweerder het gevraagde visum op grond van artikel 32, eerste lid, sub a onder vi, van de Visumcode heeft kunnen weigeren en dat het bezwaar kennelijk ongegrond was