Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser V-nummer: [v-nummer]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 30 juli 2021 uitspraak gedaan in een vervolgberoep van een eiser met de Braziliaanse nationaliteit, die in bewaring was gesteld op grond van de Vreemdelingenwet 2000. De eiser had beroep ingesteld tegen het voortduren van de maatregel van bewaring en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatregel van bewaring op 5 juli 2021 was opgelegd en dat deze nog voortduurde. Eiser stelde dat hij rechtmatig verblijf had in Portugal en dat de maatregel van bewaring niet gerechtvaardigd was. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de eerdere uitspraak van 16 juli 2021, waarin de maatregel van bewaring al was getoetst, nog steeds van toepassing was. De rechtbank concludeerde dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden waren die een ander oordeel rechtvaardigden.
Daarnaast heeft de rechtbank overwogen dat verweerder voldoende voortvarend had gehandeld met betrekking tot de uitzetting van eiser, ondanks dat er een vertraging was opgetreden door een storing in het systeem van het detentiecentrum. De rechtbank oordeelde dat de afwezigheid van een uitnodiging voor de PCR-test niet leidde tot een andere conclusie over de voortvarendheid van verweerder. Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.