ECLI:NL:RBDHA:2021:15539

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
4 oktober 2021
Publicatiedatum
1 februari 2022
Zaaknummer
C/09/618542 H / KG ZA 21-914
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Intellectueel-eigendomsrecht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Herstelvonnis in kort geding tussen Ericsson en Apple c.s. inzake intellectueel eigendomsrecht

In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Den Haag, is een herstelvonnis uitgesproken in een kort geding tussen de rechtspersoon naar vreemd recht TELEFONAKTIEBOLAGET LM ERICSSON, gevestigd te Stockholm, Zweden, en verschillende gedaagden, waaronder APPLE RETAIL NETHERLANDS B.V., APPLE BENELUX B.V., APPLE INC., APPLE DISTRIBUTION INTERNATIONAL en APPLE SALES INTERNATIONAL LTD. De zaak betreft een provisionele voorziening die eerder op 4 oktober 2021 was verleend. Tijdens de behandeling van de zaak werd door de advocaat van Ericsson, mr. D. Mulder, opgemerkt dat er een fout was geslopen in het dictum van het vonnis. De fout betrof de formulering van de geldigheid van de voorziening, die ten onrechte was geformuleerd als 'tot' 8 oktober 2021 in plaats van 'tot en met' 8 oktober 2021. De voorzieningenrechter, mr. E.F. Brinkman, oordeelde dat dit een kennelijke fout was die eenvoudig kon worden hersteld. In de beslissing werd bepaald dat de tekst in het dictum zou worden aangepast en dat deze verbetering op de minuut van het vonnis zou worden vermeld. Tevens werd gelast dat partijen de ontvangen grosse of afschrift van het vonnis aan de griffie dienden te retourneren na ontvangst van het herstelvonnis. Het vonnis is openbaar uitgesproken door mr. D. Nobel op dezelfde datum, 4 oktober 2021.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK DEN HAAG

Team handel
zaaknummer / rolnummer: C/09/618542 / KG ZA 21-914
Herstelvonnis van 4 oktober 2021
in de zaak van
de rechtspersoon naar vreemd recht
TELEFONAKTIEBOLAGET LM ERICSSON,
te Stockholm, Zweden,
eiseres,
advocaat mr. W.J.G. Maas te Eindhoven,
tegen

1.APPLE RETAIL NETHERLANDS B.V.,

te Amsterdam,
2.
APPLE BENELUX B.V.,
te Amsterdam,
3. de rechtspersoon naar vreemd recht
APPLE INC.,
te Cupertino, CA 95014, Verenigde Staten van Amerika,
4. de rechtspersoon naar vreemd recht
APPLE DISTRIBUTION INTERNATIONAL,
te Cork, Ierland,
5. de rechtspersoon naar vreemd recht
APPLE SALES INTERNATIONAL LTD,
te Cork, Ierland,
gedaagden.
Partijen zullen hierna Ericsson en Apple c.s. genoemd worden.

1.De beoordeling

1.1.
Bij e-mail van 4 oktober 2021 heeft mr. D. Mulder namens Ericsson terecht opgemerkt dat in het vonnis in de provisionele voorziening in kort geding van 4 oktober 2021 een fout in het dictum onder 5.1 is geslopen, te weten dat de voorziening geldig is “tot” 8 oktober 2021, in plaats van “tot en met” 8 oktober 2021. De voorzieningenrechter is van oordeel dat sprake is van een kennelijke fout, die zich voor eenvoudig herstel leent. De voorzieningenrechter zal het verzoek dan ook toewijzen als volgt.

2.De beslissing

De voorzieningenrechter
2.1.
bepaalt dat in het dictum onder 5.1van het op 4 oktober 2021 tussen Ericsson en Apple c.s. gewezen vonnis, waar staat
“met gelding tot 8 oktober 2021”
wordt gewijzigd in
“met gelding tot en met 8 oktober 2021”,
2.2.
bepaalt dat deze verbetering onder de vermelding van de datum 4 oktober 2021 wordt vermeld op de minuut van het vonnis van 4 oktober 2021,
2.3.
gelast elk van partijen, voor zover zij dit niet reeds hebben gedaan, de ontvangen grosse dan wel het ontvangen afschrift van het vonnis van 4 oktober 2021 na ontvangst van dit herstelvonnis aan de griffie van de rechtbank te retourneren.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.F. Brinkman en in het openbaar uitgesproken door mr. D. Nobel op 4 oktober 2021. [1]

Voetnoten

1.type: 1555