ECLI:NL:RBDHA:2021:15252

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
16 december 2021
Publicatiedatum
13 januari 2022
Zaaknummer
C/09/620940 / JE RK 21-2735
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Nieuwe machtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp

In deze zaak heeft de kinderrechter op 16 december 2021 een machtiging verleend voor de uithuisplaatsing van een minderjarige in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp. Het verzoek tot deze machtiging was ingediend door de gecertificeerde instelling, Stichting Jeugdbescherming West Haaglanden, die sinds 10 september 2021 de voogdij over de minderjarige heeft. De minderjarige, geboren in 2005, heeft een belast verleden en heeft in verschillende pleeggezinnen en instellingen gewoond. Hij heeft te maken met forse gedragsproblematiek en heeft behoefte aan een gestructureerde omgeving om zich verder te ontwikkelen.

De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige op 8 december 2021 al een tijdelijke machtiging had gekregen voor opname in een gesloten accommodatie, die liep tot 18 december 2021. Tijdens de zitting op 16 december 2021 is de minderjarige, bijgestaan door zijn advocaat, gehoord. De kinderrechter heeft de stukken en het verhandelde ter zitting in overweging genomen en geconcludeerd dat er sprake is van ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van de minderjarige ernstig belemmeren. De kinderrechter heeft geoordeeld dat de uithuisplaatsing noodzakelijk is om te voorkomen dat de minderjarige zich aan de benodigde jeugdhulp onttrekt.

De kinderrechter heeft de machtiging verleend voor de periode van 18 december 2021 tot 10 juni 2022, met als doel dat de minderjarige kan werken aan zijn ontwikkeling binnen een veilige en gestructureerde omgeving. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, en de schriftelijke uitwerking is vastgesteld op 8 januari 2022. Hoger beroep tegen deze beschikking kan binnen drie maanden na de uitspraak worden ingesteld.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaaksgegevens: C/09/620940 / JE RK 21-2735
Datum uitspraak: 16 december 2021

Beschikking van de kinderrechter

Nieuwe machtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp

in de zaak naar aanleiding van het op 18 november 2021 ingekomen verzoekschrift van:

Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden, hierna te noemen: de gecertificeerde instelling,

betreffende:
- [minderjarige], geboren op [geboortedag] 2005 te [geboorteplaats] ,
hierna te noemen: [minderjarige] ,
advocaat: mr. P.J.W. de Water, te Katwijk.

Het procesverloop

Bij beschikking d.d. 8 december 2021 heeft de kinderrechter een machtiging verleend [minderjarige] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp zoals bedoeld in artikel 6.1.2, eerste lid, van de Jeugdwet, van 10 december 2021 tot 18 december 2021 en de behandeling van het verzoek voor het overige aangehouden.
De kinderrechter heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:
- het verzoekschrift met bijlage(n);
- de instemmingsverklaring d.d. 8 december 2021 van een gedragswetenschapper als
bedoeld in artikel 6.1.2, zesde lid, van de Jeugdwet, die de jeugdige met het oog daarop kort
tevoren heeft onderzocht.
Op 16 december 2021 is de behandeling van de zaak ter zitting met gesloten deuren voortgezet. Daarbij zijn verschenen:
  • [minderjarige] , bijgestaan door zijn advocaat;
  • [vertegenwoordiger van de GI] namens de gecertificeerde instelling.
[minderjarige] is op 16 december 2021 voorafgaand aan de zitting in het bijzijn van zijn advocaat ook in raadkamer gehoord.

Feiten

  • De gecertificeerde instelling is sinds 10 september 2021 belast met de voogdij over [minderjarige] .
  • [minderjarige] verblijft feitelijk bij [verblijfplaats]
  • Bij beschikking d.d. 10 september 2021 heeft de rechtbank van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (zittingsplaats te Bonaire) een machtiging verleend voor de gesloten plaatsing van [minderjarige] bij [verblijfplaats] voor de duur van drie maanden.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft de Raad voor Rechtsbijstand gelast een advocaat aan [minderjarige] toe te voegen.

Verzoek

Het verzoek strekt tot machtiging [minderjarige] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp voor de periode van zes maanden.
Aan het verzoek ligt het volgende ten grondslag. [minderjarige] heeft een zeer belast verleden en heeft op Bonaire in verschillende pleeggezinnen en instellingen gewoond. Hij heeft zich op veel levensgebieden onvoldoende ontwikkeld en er is sprake van forse gedragsproblematiek. De afgelopen periode heeft hij zich positief ontwikkeld binnen het gesloten kader. Er wordt gewerkt aan de uitbreiding van zijn verlof. Als hij klaar is voor de volgende fase zal hij ook buiten het terrein meer vrijheden krijgen en kan hij bijvoorbeeld zelfstandig naar de sportschool gaan. [minderjarige] is aangemeld bij Youngsterzorg. Dit is een organisatie die gespecialiseerd is in jongeren met autisme en die onder meer ondersteuning krijgen door middel van sport. Hier kan hij ook na zijn meerderjarigheid nog een aantal jaren blijven. De komende periode zal er eerst worden ingezet op diagnostiek voor zijn autisme en een persoonlijkheidsonderzoek. Daarnaast zal [minderjarige] traumabehandeling krijgen voor zijn trauma- en hechtingsproblematiek. Er is ook contact met de vader van [minderjarige] maar het is nog niet gelukt om tot een ontmoeting te komen. Het is van belang dat dat de behandeling en het onderzoek worden ingezet op de locatie waar hij nu verblijft zodat hij, mede gelet op zijn autisme, niet te vaak van afdeling hoeft te wisselen.
[minderjarige] heeft, mede bij monde van zijn advocaat, ingestemd met het verzochte. [minderjarige] heeft verklaard dat het goed met hem gaat, maar dat hij graag weer zou willen kickboksen. Hij zou graag meer vrijheden willen, maar snapt dat het gesloten kader nog nodig is om aan zichzelf te kunnen werken. De advocaat heeft benadrukt dat het van belang is dat [minderjarige] positieve stappen blijft zetten zodat hij naar het open kader kan.

Beoordeling

De kinderrechter overweegt dat uit de stukken en het verhandelde ter zitting blijkt dat het verzoek tot machtiging [minderjarige] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp geen instemming behoeft van de ouder(s), aangezien de moeder niet meer het gezag heeft en er sprake is van voogdij, en de gecertificeerde instelling als voogd het verzoek heeft gedaan.
De kinderrechter is, gelet op hetgeen uit het dossier en ter zitting naar voren is gekomen, van oordeel dat sprake is van ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van [minderjarige] naar volwassenheid ernstig belemmeren en die maken dat de opneming en het verblijf in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp noodzakelijk zijn om te voorkomen dat [minderjarige] zich aan de jeugdhulp die hij nodig heeft onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken.
Daarbij overweegt de kinderrechter dat [minderjarige] een zestienjarige jongen is met autisme en een belaste voorgeschiedenis. Hierdoor is hij op veel gebieden onvoldoende ontwikkeld en heeft hij een plek met duidelijkheid en structuur nodig om tot ontwikkeling te kunnen komen. De afgelopen periode heeft [minderjarige] positieve stappen gezet binnen het gesloten kader. Zijn schoolgang verloopt goed en er wordt gewerkt aan uitbreiding van zijn vrijheden, mits hij zich aan de afspraken blijft houden. [minderjarige] heeft al veel verschillende opvoedingssituaties meegemaakt en heeft, mede gelet op zijn problematiek, baat bij rust en stabiliteit. Het is van belang dat de komende periode eerst diagnostiek en een persoonlijkheidsonderzoek worden ingezet en dat hij oefent met meer vrijheden voordat hij kan worden overgeplaatst naar een (meer) open setting. De kinderrechter zal de machtiging daarom verlenen zoals verzocht.
Daarom zal als volgt worden beslist.

Beslissing

De kinderrechter:
verleent een machtiging [minderjarige] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp zoals bedoeld in artikel 6.1.2, eerste lid, van de Jeugdwet, van 18 december 2021 tot 10 juni 2022.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 16 december 2021 door mr. E.C.M. Bouman, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. V.A.H. Schoorl als griffier.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 8 januari 2022.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoeker en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van
het gerechtshof Den Haag.