ECLI:NL:RBDHA:2021:14459
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering omgevingsvergunning voor splitsing en verandering van souterrain van een woning in strijd met bestemmingsplan
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 19 november 2021 uitspraak gedaan in een geschil over de weigering van een omgevingsvergunning voor het splitsen en veranderen van het souterrain van een woning. Eiser, de eigenaar van de woning, had op 5 mei 2019 een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning om zijn woning bouwkundig te splitsen in twee zelfstandige woningen, met de bedoeling het souterrain te verhuren. De gemeente Den Haag, als verweerder, heeft de aanvraag afgewezen op basis van het bestemmingsplan 'Belgisch Park', waarin het splitsen van woningen is verboden. De rechtbank oordeelde dat het souterrain onder de definitie van 'onderbouw' valt en daarom niet als bouwlaag kan worden aangemerkt, wat betekent dat de aanvraag niet voldoet aan de voorwaarden voor een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid.
De rechtbank heeft verder overwogen dat de gemeente in redelijkheid heeft kunnen weigeren om met de buitenplanse afwijkingsbevoegdheid mee te werken aan het bouwplan van eiser. De rechtbank benadrukte dat de gemeente een restrictief beleid voert ten aanzien van het splitsen van woningen, met als doel grote gezinswoningen te behouden. Eiser's beroep op het vertrouwensbeginsel werd afgewezen, omdat hij niet aannemelijk heeft gemaakt dat er toezeggingen zijn gedaan door een ambtenaar van de gemeente. De rechtbank concludeerde dat de weigering van de omgevingsvergunning rechtmatig was en verklaarde het beroep van eiser ongegrond.