ECLI:NL:RBDHA:2021:14454
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 21 december 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, die in deze procedure werd bijgestaan door zijn gemachtigde mr. D. de Heuvel, had beroep ingesteld tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, die op 5 november 2021 de asielaanvraag van verzoeker in de algemene procedure niet-ontvankelijk had verklaard. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld op 8 december 2021, waarbij zowel verzoeker als de gemachtigde van de staatssecretaris, mr. N. Hamzaoui, aanwezig waren.
De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen verwezen naar een eerdere uitspraak in een aanverwante zaak (NL21.17491), waarin de rechtbank al had geoordeeld over het beroep van verzoeker. Gezien deze eerdere uitspraak heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. W.M.P. van Alphen, in aanwezigheid van griffier mr. N.H. de Zeeuw, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.