ECLI:NL:RBDHA:2021:14453
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing opvolgende asielaanvraag op grond van veilig derde land
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 21 december 2021 uitspraak gedaan in een beroep tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser, een Syrische nationaliteit bezittende man, had op 12 oktober 2021 een opvolgende asielaanvraag ingediend, nadat zijn eerdere aanvraag op 16 maart 2021 niet-ontvankelijk was verklaard. De staatssecretaris stelde dat Japan als veilig derde land kan worden beschouwd en dat eiser daar naartoe kan terugkeren. De rechtbank heeft de zaak behandeld op 8 december 2021, waarbij eiser werd bijgestaan door zijn gemachtigde, mr. D. de Heuvel, en de staatssecretaris werd vertegenwoordigd door mr. N. Hamzaoui.
De rechtbank overwoog dat de staatssecretaris voldoende had aangetoond dat eiser in Japan zou worden toegelaten, en dat eiser niet had aangetoond dat de gronden voor zijn verblijf in Japan niet meer golden. De rechtbank concludeerde dat eiser niet had aangetoond dat hij inspanningen had verricht om opnieuw toegang tot Japan te verkrijgen, wat wel van hem verwacht mocht worden. De rechtbank oordeelde dat de aanvraag van eiser terecht niet-ontvankelijk was verklaard en verklaarde het beroep ongegrond. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd gedaan door mr. W.M.P. van Alphen, in aanwezigheid van griffier mr. N.H. de Zeeuw, en werd openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.