ECLI:NL:RBDHA:2021:14225

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
16 december 2021
Publicatiedatum
22 december 2021
Zaaknummer
NL21.17407
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak met overdracht aan Duitse autoriteiten

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 16 december 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van een asielzoekster. De verzoekster, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. E. Gorsselink, had beroep ingesteld tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat op 20 oktober 2021 was genomen. Dit besluit hield in dat de verzoekster zou worden overgedragen aan de Duitse autoriteiten, die verantwoordelijk zijn voor de behandeling van haar asielaanvraag. De verzoekster verzocht de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, in afwachting van de uitkomst van het beroep.

De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. In de uitspraak van dezelfde datum, met zaaknummer NL21.17407, heeft de rechtbank het beroep van de verzoekster behandeld. Aangezien de rechtbank in die uitspraak het beroep heeft afgewezen, heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening eveneens afgewezen. De voorzieningenrechter heeft verder geoordeeld dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling.

De uitspraak is gedaan door mr. J.F.I. Sinack, in aanwezigheid van griffier mr. S.D.C.J. Verheezen, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL21.17407

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam], verzoekster

v-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. E. Gorsselink),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

Procesverloop

Bij besluit van 20 oktober 2021 (bestreden besluit) heeft verweerder bepaald dat eiseres wordt overgedragen aan de Duitse autoriteiten, omdat Duitsland verantwoordelijk is voor de behandeling van haar asielaanvraag.
Verzoekster heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.

Overwegingen

1. De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak zonder zitting.
2. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL21.17407 heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.F.I. Sinack, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S.D.C.J. Verheezen, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.