ECLI:NL:RBDHA:2021:14093
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van ZW-uitkering en de zorgvuldigheidseisen bij herstelmeldingen door eigenrisicodragers
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 7 december 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een schoonmaker bij Hago Zorg B.V., en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Eiseres had zich op 10 september 2019 ziek gemeld en ontving een Ziektewet (ZW) uitkering. Op 16 december 2019 beëindigde verweerder de ZW-uitkering, omdat zij zou zijn hersteld. Eiseres was het niet eens met deze beslissing en heeft beroep ingesteld. De rechtbank oordeelde dat verweerder onvoldoende onderzoek had gedaan naar de herstelmelding van eiseres. Eiseres betwistte dat zij zelf had gemeld hersteld te zijn en stelde dat de werkgever, die als eigenrisicodrager fungeert, de ziekmelding in eerste instantie had genegeerd. De rechtbank concludeerde dat verweerder had moeten nagaan of de herstelmelding correct was en dat het bestreden besluit niet zorgvuldig was genomen. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde het bestreden besluit en droeg verweerder op een nieuw besluit te nemen, waarbij het betaalde griffierecht en proceskosten aan eiseres werden vergoed.