ECLI:NL:RBDHA:2021:13211
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens vertrek eiseres naar onbekende bestemming
Op 26 november 2021 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, onder zaaknummer AWB 20/5690. De rechtbank heeft het beroep van eiseres niet-ontvankelijk verklaard omdat zij met onbekende bestemming is vertrokken. Eiseres had eerder bezwaar gemaakt tegen het besluit van de staatssecretaris, dat haar geen rechtmatig verblijf als gemeenschapsonderdaan toekende. De staatssecretaris had dit bezwaar ongegrond verklaard. Eiseres heeft in het kader van haar beroep op verschillende momenten contact gehad met de rechtbank, maar heeft geen gebruik gemaakt van haar recht om op een zitting te worden gehoord. De staatssecretaris heeft op 2 juni 2021 meegedeeld dat eiseres is uitgeschreven bij de gemeente en naar het buitenland is vertrokken. De rechtbank concludeert dat eiseres geen procesbelang meer heeft bij haar beroep, aangezien zij geen contact heeft gehouden met haar gemachtigde en niet heeft gereageerd op verzoeken van de rechtbank. Hierdoor is het beroep niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.