ECLI:NL:RBDHA:2021:13204

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
29 november 2021
Publicatiedatum
1 december 2021
Zaaknummer
C/09/17/62 F FT RK 21/878
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming curator tot vereffenaar van surplus na faillissement

Op 29 november 2021 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende de benoeming van een curator tot vereffenaar van het surplus na het faillissement van Hops VD Vastgoed B.V. De besloten vennootschap, gevestigd te Leiden, was op 21 februari 2017 in staat van faillissement verklaard. De curator, mr. W.T.N. Vlasveld, diende op 26 oktober 2021 een verzoekschrift in om de vereffening van het surplus van het boedelsaldo voort te zetten na het einde van het faillissement. Dit surplus bedraagt ongeveer € 25.000 en moet worden vereffend. De rechtbank heeft vastgesteld dat alle geverifieerde schuldeisers volledig kunnen worden voldaan en dat er een surplus resteert dat door de curator moet worden vereffend. De rechter-commissaris heeft ingestemd met de benoeming van de curator als vereffenaar.

De rechtbank oordeelde dat het verzoek van de curator in beginsel voor toewijzing vatbaar was, omdat de curator de meest gerede persoon is om de vereffening te voltooien. De rechtbank overwoog dat de slotuitdelingslijst nog niet was gedeponeerd en dat de volledige betaling aan de geverifieerde schuldeisers nog niet had plaatsgevonden. De rechtbank concludeerde dat het wenselijk was om de curator nu al te benoemen tot vereffenaar van het surplus, om een naadloze overgang te waarborgen tussen de vereffening op grond van de Faillissementswet en de daaropvolgende vereffening op grond van het Burgerlijk Wetboek. De rechtbank heeft het verzoek toegewezen en mr. W.T.N. Vlasveld benoemd tot vereffenaar van het surplus, met de bepaling dat de kosten van de procedure ten laste van de vereffening komen en dat de beschikking uitvoerbaar bij voorraad is.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANKDEN HAAG
Team Insolventies – enkelvoudige kamer
Insolventienummer: C/09/17/62 F
rekestnummer: FT RK 21/878
uitspraakdatum: 29 november 2021

1.Het verzoek

1.1
Op 26 oktober 2021 heeft de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Hops VD Vastgoed B.V., gevestigd te Leiden
,verkerend in staat van faillissement en vertegenwoordigd door haar curator mr. W.T.N. Vlasveld, advocaat te Leiden (hierna: verzoeker), een verzoekschrift ingediend. Het verzoekschrift strekt tot voortzetting van de vereffening na het einde van het faillissement en tot het benoemen van de curator tot vereffenaar van het surplus van het boedelsaldo op grond van artikel 2:23 van het Burgerlijk Wetboek (BW).

2.De feiten

2.1
Op 21 februari 2017 is Hops VD Vastgoed B.V. in staat van faillissement verklaard waarbij mr. H.J. van Harten, laatstelijk, als rechter-commissaris werd benoemd en mr. W.T.N. Vlasveld, laatstelijk, als curator werd aangesteld.
2.2
De verificatievergadering vond plaats op 25 oktober 2021. Volgens verzoeker kunnen alle geverifieerde schuldeisers volledig worden voldaan. Daarna resteert een surplus van ongeveer € 25.000 dat ook moet worden vereffend. De curator en het bestuur van de vennootschap zijn het erover eens dat ook de vereffening van het surplus door de curator moet gebeuren. De rechter-commissaris heeft daarmee ingestemd.

3.De beoordeling

3.1
De rechtbank vindt het voldoende aannemelijk dat verzoeker belang heeft bij zijn verzoek. Nu het ernaar uitziet dat alle crediteuren van de vennootschap volledig kunnen worden voldaan en een surplus zal resteren, moet een vereffenaar dat surplus vereffenen. Eventuele vorderingen van crediteuren die in het faillissement niet-verifieerbaar zijn, zoals met name rentevorderingen, kunnen tijdens die vereffening alsnog worden voldaan. De curator, mr. Vlasveld, beschikt over de daartoe benodigde administratieve stukken en is bekend met de wettelijke systematiek. Het bestuur en de rechter-commissaris hebben ermee ingestemd dat de curator de vereffenaar wordt. Van overige belanghebbenden is niet gebleken. De rechtbank is daarom van oordeel dat de curator de meest gerede persoon is om de vereffening te voltooien. Het verzoek is dus in beginsel voor toewijzing vatbaar.
3.2
De vraag is of het ook noodzakelijk én mogelijk is dat voormelde benoeming nu al (bij beschikking) plaatsvindt. De rechtbank beantwoordt die vraag bevestigend en overweegt daartoe als volgt.
3.3
Gebleken is dat de slotuitdelingslijst nog niet is gedeponeerd en dus nog niet verbindend is geworden. De volledige betaling aan de geverifieerde schuldeisers heeft nog niet plaatsgevonden en de curator heeft nog geen rekening en verantwoording afgelegd. Uit artikel 179 Fw volgt dat de rechter-commissaris uitdeling in ieder geval moet bevelen zodra blijkt dat voldoende gelden aanwezig zijn om alle geverifieerde schuldeisers volledig te voldoen. Na dat spoedige bevel en de daarop volgende volledige betaling zal dit faillissement eindigen (artikel 193 Fw). Na het doen van rekening en verantwoording en het afgeven van de boeken en papieren aan de schuldenaar zal de curator defungeren. Daardoor is de curator niet meer bevoegd het resterende vermogen op grond van artikel 2:23 BW te vereffenen. Immers, in beginsel zullen de bestuurders van schuldenaar vereffenaars zijn (artikel 2:23 lid 1 BW). Nu de bestuurder van gefailleerde echter zelf wenst dat de curator de vereffening na het faillissement voortzet, zal de rechtbank mr. Vlasveld tot vereffenaar benoemen ingevolge artikel 2:23 lid 2 BW.
3.4
Gelet op wat in rechtsoverweging 3.1 is geoordeeld, is benoeming van verzoeker als vereffenaar van voormeld restant om praktische redenen wenselijk. Door die benoeming voordat het faillissement is geëindigd zal geen gat ontstaan tussen de vereffening van het vermogen van de vennootschap op grond van de Faillissementswet en de daaropvolgende vereffening van het (resterende) vermogen op grond van het Burgerlijk Wetboek. Op die manier kan de curator na de 100%-uitdeling aan de geverifieerde schuldeisers direct en naadloos overgaan tot vereffening van het restant. Het is in het belang van de niet-geverifieerde schuldeisers dat die vereffening behoorlijk en efficiënt plaatsvindt. Van bezwaren van eventuele andere belanghebbenden is niet gebleken.
3.5
De rechtbank zal het verzoek daarom toewijzen en verzoeker nu al als vereffenaar van het surplus benoemen.

4.De beslissing

De rechtbank:
- benoemt tot vereffenaar mr. W.T.N. Vlasveld, advocaat te Leiden, tot vereffenaar van het surplus;
- bepaalt dat aan de vereffenaar een beloning toekomt in overeenstemming met de Recofa-richtlijnen ten aanzien van de beloning van curatoren;
- bepaalt dat de kosten van deze procedure ten laste van de vereffening zullen komen;
- verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. W.J. Don, rechter, en uitgesproken op 29 november 2021 in tegenwoordigheid van R. Becker, griffier.