ECLI:NL:RBDHA:2021:12975

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
23 november 2021
Publicatiedatum
25 november 2021
Zaaknummer
9411721 RP VERZ 21-50537
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding arbeidsovereenkomst op grond van verstoorde arbeidsrelatie en verzoek om billijke vergoeding

In deze zaak heeft de besloten vennootschap GEOS IT Professionals B.V. verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst met de werknemer, hierna aangeduid als [verweerder], op basis van een verstoorde arbeidsrelatie. De kantonrechter heeft op 23 november 2021 uitspraak gedaan. GEOS heeft aangevoerd dat de arbeidsrelatie al jarenlang moeizaam verloopt door de houding en het gedrag van [verweerder], die zich niet laat aanspreken en niet over zelfreflectie beschikt. [verweerder] heeft daarentegen gesteld dat de communicatie altijd goed is verlopen en dat hij op eigen initiatief relevante studies en certificeringen heeft gevolgd. Hij heeft verzocht om afwijzing van het ontbindingsverzoek en, indien de ontbinding toch wordt toegewezen, om betaling van achterstallig salaris, vakantiedagen, een transitievergoeding en een billijke vergoeding.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat [verweerder] in de 5½ jaar dat hij in dienst is van GEOS, maximaal veertien maanden heeft gewerkt en dat hij sinds 1 april 2019 geen werkzaamheden meer heeft verricht. De kantonrechter oordeelt dat de arbeidsverhouding ernstig en duurzaam is verstoord, en dat herplaatsing niet in de rede ligt. De kantonrechter heeft het verzoek van GEOS tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst toegewezen, met ingang van 1 januari 2022, en heeft GEOS veroordeeld tot betaling van de wettelijke transitievergoeding aan [verweerder]. Het verzoek van [verweerder] om een billijke vergoeding is afgewezen, omdat er geen sprake is van ernstig verwijtbaar handelen van de werkgever. De proceskosten zijn voor iedere partij zelf.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Zittingsplaats ’s-Gravenhage
CK/c
Zaaknummer 9411721 RP VERZ 21-50537
Uitspraakdatum: 23 november 2021
Beschikking van de kantonrechter in de zaak van:
De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
GEOS IT Professionals B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
verzoekende partij,
verder te noemen: GEOS,
gemachtigde: mr. D.J.A. Vesters,
tegen
[verweerder],
wonende te [woonplaats] ,
verwerende partij,
verder te noemen: [verweerder] ,
procederende in persoon.

1.Het procesverloop

1.1.
GEOS heeft de kantonrechter bij verzoekschrift, bij de griffie ingekomen op
25 augustus 2021, verzocht de arbeidsovereenkomst tussen partijen te ontbinden. Op
15 oktober 2021 is ter griffie een verweerschrift ingekomen.
1.2.
Verder is aan stukken nog ingekomen:
- de akte uitlating na mondelinge behandeling zijdens GEOS, met producties, ingekomen op 4 november 2021.
1.3.
Op 26 oktober 2021 heeft de mondelinge behandeling van het verzoek plaatsgevonden. Verschenen zijn namens GEOS [betrokkene 1] en [betrokkene 2] bijgestaan door de gemachtigde voornoemd. [verweerder] is in persoon verschenen. Van het verhandelde ter zitting zijn door de griffier aantekeningen gemaakt die zich in het procesdossier bevinden. Vervolgens is een datum voor de uitspraak bepaald.

2.De feiten

2.1.
[verweerder] , geboren op [geboortedag] 1976, is op 1 april 2016 op grond van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd in dienst getreden bij GEOS in de functie van JAVA consultant tegen een bruto maandsalaris van, laatstelijk, € 2.500,00 exclusief emolumenten. De arbeidsduur bedraagt 32 uur per week
2.2.
Een medewerker bij GEOS verricht op tijdelijke basis IT-werkzaamheden voor klanten van GEOS. De medewerkers van GEOS hebben verschillende competenties en specialisaties. Welke medewerker GEOS inzetbaar acht voor de opdracht is afhankelijk van de aanvraag en opdracht(gever). De opdracht wordt voorafgaand aan de uitvoering uitgebreid besproken met de door GEOS geschikt bevonden medewerker. De duur van de opdracht varieert van drie maanden tot enkele jaren.
2.3.
[verweerder] is door GEOS aan verschillende opdrachtgevers ter beschikking gesteld. Voorafgaande aan de ter beschikkingstelling vindt een intakegesprek tussen [verweerder] en de opdrachtgever plaats.
2.4.
Op 9 september 2016 heeft GEOS aan [verweerder] het volgende schriftelijk bericht (voor zover relevant):
In het kader van onze intensieve gesprekken deze week ben ik met [X] samen tot het volgende gekomen.
In ons gesprek gaf je aan dat je al geruime tijd, zelfs voor DPA dat je in een vervelende situatie bent verwikkeld met je buren, namelijk dat zij jou continu treiteren waardoor jij slapeloze nachten hebt. Het gevolg hiervan is dat je veel slaap te kort hebt en daardoor aangeeft dat je je niet volledig kan concentreren op je werkzaamheden. (…)
Wij hebben van onze kant geprobeerd je op alle mogelijke manieren te ondersteunen, maar dan moet het ook van beide kanten komen. In ons telefoongesprek gaf je gisteren aan nog graag voor de optie van onbetaald verlof te gaan. In het licht daarvan hebben [X] en ik besloten om daarin mee te gaan met je, echter willen wij dan de volgende afspraken met je maken:
Wij bieden jou de komende maanden, startend van 1 september tot en met 31 oktober 2016, onbetaald verlof om tot rust te komen, maar zeer zeker ook om stappen te nemen ter verbetering van jou huidige privé situatie en dan doel ik op je woonsituatie zoals jij dit aangaf in ons gesprek. Van deze regeling maken we melding bij de Arbo arts. Gedurende deze periode willen we graag twee wekelijks met jou evalueren met als doel om jou weer volledig aan het werk te krijgen. Wij verwachten van jou dan ook, als we dit traject starten dat we een plan de campagne maken en horen graag op welke manier we jou hierin kunnen ondersteunen.
2.5.
Uiteindelijk heeft [verweerder] , op zijn verzoek, onbetaald verlof opgenomen van 15 september 2016 tot en met 31 december 2016.
2.6.
Per januari 2017 was [verweerder] weer beschikbaar om ingezet te worden bij klanten van GEOS. [verweerder] is door GEOS bij verschillende klanten aangeboden.
2.7.
Op 31 oktober 2017 heeft GEOS [verweerder] het volgende bericht (voor zover relevant):
Gezien onze laatste meeting van 9 oktober jl. waarin ik je gevraagd heb om na te denken over je eigen werkende toekomst en daar bij mij op terug te komen, heb ik helaas nog niks vernomen.
Het verbaast mij dan ook dat je niks van je laat horen terwijl wij continu een handreiking geven en je willen helpen.
Dit moet veranderen, want een arbeidsrelatie is niet eenzijdig.
Nu je opdracht ook weer is stop gezet, omdat ING ontevreden is over je prestaties wil ik nieuwe afspraken met je maken.
[…]
Vanaf morgen wil ik je dan ook dat je elke dag (4dagen per week) van 9.00uur tot 17.00uur op kantoor in Nieuwegein aanwezig bent. Je kunt hier gewoon studeren en overige werkzaamheden voor DPA doen.
We kunnen dan kort schakelen omtrent opdrachten die er in de markt spelen en ik wil dat je een plan (POP) gaat maken.
Daarnaast zullen wij 2x per week met je zitten om te praten over opdrachten, je POP (Persoonlijk Ontwikkel Plan) en overige zaken.
2.8.
Op 31 oktober 2017 reageert [verweerder] daar als volgt op (voor zover relevant):
Er is mij toen gevraagd of ik wilde nadenken over waar ik over 2 jaar wil staan. Er is niet aangegeven of ik hier schriftelijk op zou moeten reageren.
Ik laat altijd wat van mij horen wanneer het over vacatures gaat. Verder wordt er niet geholpen. De certificeringen(Java) die ik heb gedaan heb ik uit eigen initiatief gedaan en zelf bekostigd. De cursus Angular was een normale groepscursus. Hierna ben ik niet aangeboden bij opdrachten waar deze kennis werd gevraagd.
[…]
Ik heb de nodige werkzaamheden gedaan bij ING, de normale inwerkperiode was nog niet eens voorbij, en toch
werd het contract zonder waarschuwing/abrupt opgezegd.
De vorige sabbatical was omdat ik prive zwaar wordt lastig gevallen. Ik mag bijna niet slapen in mijn woning, Ik
kan dit niet los zien van mijn werk gezien de dingen die deze persoon naar mij roept.
2.9.
Op 22 november 2017 heeft [verweerder] een officiële waarschuwing gekregen. Daarin wordt [verweerder] aangesproken op zijn gedrag bij intakes/projecten met concrete voorvallen en wordt [verweerder] aangesproken op zijn gedrag als senior consultant, met concrete voorvallen. De brief sluit als volgt af:
Bovenstaande is niet het gedrag en de inzet die wij verwachten van een senior consultant. Wij betreuren dit en zien graag verbetering op bovenstaande punten in de komende weken. Mocht blijken dat dit gedrag aanhoudt, zijn wij genoodzaakt om direct maatregelen te nemen. Dit kan leiden tot een schorsing en/of uiteindelijk tot ontslag.
2.10.
Op 11 september 2019 heeft [verweerder] een officiële waarschuwing gekregen naar aanleiding van een concreet voorval.
2.11.
Op 27 maart 2020 heeft GEOS aan (onder andere) [verweerder] een voorstel tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst gedaan.
2.12.
Op 6 oktober 2020 heeft GEOS aan [verweerder] het volgende bericht:
Op 31 augustus hebben wij met elkaar gesproken over je inzet en de activiteiten die je gedurende je bankzit periode
onderneemt. Wij hebben toen ook gesproken over het feit dat het voor DPA steeds lastiger wordt om je te plaatsen bij onze klanten. […]
Inmiddels zit je zo’n anderhalf jaar op de bank en dit is niet bevorderlijk voor je eigen carrière. We hebben uitgebreid gesproken of het niet verstandig is om ook om je heen te kijken naar vaste rollen. […]
Wellicht goed om toch nog eens voor jezelf die spiegel voor te houden, want mbt de softe competenties, hier ligt nou eenmaal niet je sterkste punt. Jij moet het echt van de inhoud hebben, maar die werkervaring in de nieuwste technieken of relevante tools en frameworks begint ook te verwateren en dat baart me zorgen voor jouw toekomst.`[…]
Vandaag 6 oktober hebben we weer met elkaar gesproken. Ik heb je gevraagd hoe je er nu in zit en wat je de afgelopen tijd hebt gedaan op zakelijk vlak. Je gaf aan met Spring bezig te zijn en online programmeer opdrachtjes te doen. Als ik je dan vraag hoeveel tijd je hiermee kwijt bent krijg ik een heel vaag antwoord. Sommige doen het in een dag en andere in een jaar. Maar op de vraag hoelang jij erover doet blijft onbeantwoord. Harde afspraken omtrent certificeren wil je ook niet maken. De afgelopen 5 weken heb je geen contact met ons opgenomen, geen mails gestuurd. We hebben dus geen idee wat je doet. Gisteren heb je een motivatie voor me gemaakt, omdat ik je dat vroeg. Dat was het enige contact. Het komt ons allemaal heel reactief over en ik vraag dan ook echt af of en wat
je wilt. Hierop krijg ik geen antwoord van je. Maar op deze wijze door en hopen dat er een opdrachtje valt lijkt me
niet wenselijk voor beide partijen.
Over 2 weken (dinsdag 20 oktober, 10.00uur) spreken we elkaar weer en dan wil ik graag een plan van je zien wat je komende tijd gaat doen zoals we in het gesprek hebben besproken. Daarnaast bespreken we je activiteiten van de afgelopen 2 weken.
2.13.
Op 15 oktober 2020 heeft [verweerder] een officiële waarschuwing gekregen voor zijn handelen aangaande intakes en potentiële opdrachten
2.14.
Op 3 december 2020 heeft GEOS aan [verweerder] het volgende bericht:
Beste [verweerder] ,
Wederom heb ik niks van je vernomen tenzij het een reactie is op een (aan)vraag van mij of het opnemen van je vakantie.
Graag verneem ik wat je concreet de afgelopen periode hebt gedaan. Ik zie geen aangepast CV met je activiteiten van afgelopen periode.
Welk verhaal ga je bij een eventuele intake vertellen als ze je vragen wat je de afgelopen jaar hebt gedaan toen je op de bank zat?
Belangrijker nog is waarom je niet actief bezig bent om interessante vacatures te sturen waar we je op aan kunnen bieden zoals eerder gevraagd?
In een eerdere mail heb ik je al aangegeven op welke sites je evt. zou kunnen kijken. Dit geeft eens te meer aan dat je er niet mee bezig bent en blijkbaar ook niet de behoefte hebt om een opdracht te gaan doen voor klanten. Het is duidelijk dat je wederom een zeer reactief gedrag vertoont en blijkbaar vind je het allemaal wel best zo.
2.15.
Op diezelfde dag, 3 december 2020, heeft [verweerder] daarop als volgt gereageerd:
Dag [y] ,
In het afgelopen jaar heb ik programmeeropdrachten gedaan op de bekende websites en heb ik mijn Spring kennis verbeterd.
Dit heb ik ook de afgelopen 2 weken gedaan.
Bij een eventuele intake kan ik ingaan op de specifieke opdrachten of vragen over Spring beantwoorden.
Twee mogelijk interessante vacatures die ik heb gevonden zijn:
In de afgelopen 1,5 jaar heb ik ook intakes gedaan in alle delen van het land. Altijd met de bereidheid ook te beginnen indien mogelijk eventueel met overnachting in een hotel en het bijspijkeren van kennis. Hiermee heb ik mijn bereidheid om ingezet te worden aangetoond.
2.16.
Op 26 januari 2021 heeft GEOS opnieuw een voorstel tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst gedaan. Dat voorstel is niet geaccepteerd door [verweerder] .
2.17.
Bij brief van 19 maart 2021 heeft GEOS [verweerder] mediation voorgesteld. Mediation heeft niet plaatsgevonden. Op 7 april 2021 heeft GEOS coaching voorgesteld aan [verweerder] . Ook coaching heeft uiteindelijk niet plaatsgevonden.
2.18.
Nadien heeft er in de maanden april en mei 2021 nog een correspondentiewisseling plaatsgevonden tussen partijen waarin GEOS een verbetering wenst van de houding en het gedrag van [verweerder] terwijl [verweerder] heeft aangegeven dit anders te zien.

3.Het verzoek

3.1.
GEOS heeft verzocht de arbeidsovereenkomst met [verweerder] te ontbinden primair op grond van artikel 7:669 lid 3 sub g BW (verstoorde arbeidsverhouding), subsidiair op grond van artikel 7:669 lid 3 sub h BW (van de werkgever kan in redelijkheid niet worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren) en meer subsidiair op grond van artikel 7:669 lid 3 sub i BW (combinatiegrond), en een einddatum te bepalen met inachtneming van het bepaalde in artikel 7:671 lid 9 sub a BW.
3.2.
Als toelichting op haar verzoek heeft GEOS het volgende aangevoerd (kort weergegeven). De werkrelatie en communicatie tussen partijen verloopt al jarenlang uiterst moeizaam door de houding en het gedrag van [verweerder] . [verweerder] laat zich niet aanspreken en beschikt niet over zelfreflectie, aldus GEOS. GEOS heeft [verweerder] uitgebreid de ruimte gegeven zich te verbeteren en zij heeft daarin gefaciliteerd. [verweerder] heeft volgens GEOS zich steeds “initiafloos” en “reactief” opgesteld. Sinds 1 april 2019 verricht [verweerder] geen werkzaamheden meer en “zit hij op de bank”. Zodoende is de arbeidsovereenkomst een lege huls geworden. Bij GEOS is er geen vertrouwen meer tot een vruchtbare samenwerking te komen, terwijl GEOS er alles aan heeft gedaan om de arbeidsrelatie te herstellen.

4.Het verweer

4.1.
[verweerder] heeft zich verweerd tegen het verzoek en heeft primair geconcludeerd tot afwijzing van de verzochte ontbinding. Indien de ontbinding van de arbeidsovereenkomst toch wordt toegewezen, dan verzoekt [verweerder] uitbetaling van het achterstallig salaris inclusief wettelijke verhoging en wettelijke rente, uitbetaling van de vakantiedagen, een transitievergoeding en een billijke vergoeding.
4.2.
[verweerder] heeft daartoe – samengevat – het volgende aangevoerd. Op enkele misstanden na is de communicatie altijd goed verlopen. GEOS geeft geen concrete voorbeelden van problemen die zich zouden hebben voorgedaan vanwege zijn gebrek aan communicatie. [verweerder] heeft aan veel aanbiedingen meegewerkt. Ook verricht [verweerder] op eigen initiatief relevante studies en certificeringen; dat is ook werktijd.
Er hebben meerdere intensieve gesprekken plaatsgevonden tussen hem en GEOS. [verweerder] heeft aan een coachingstraject willen meewerken. [verweerder] is altijd bereikbaar geweest voor GEOS. Hem zijn niet passende aanbiedingen en intakes geboden door GEOS. [verweerder] is niet ingezet door GEOS, terwijl hij wel gewoon inzetbaar is.
[verweerder] vindt zijn werkhouding en motivatie goed, zijn houding en gedrag vormen niet het probleem. Zijn inhoudelijke werkzaamheden staan ook niet ter discussie. De verstoorde arbeidsrelatie is door GEOS geforceerd en wordt alleen door haar ervaren. De opzeggingen en afwijzingen liggen volgens [verweerder] aan boycot/pesterij. Om die reden is GEOS in het voorkomende geval [verweerder] ook een billijke vergoeding verschuldigd.

5.De beoordeling

Het ontbindingsverzoek (g-grond)
5.1.
De kantonrechter stelt voorop dat uit artikel 7:669 lid 1 BW volgt dat de arbeidsovereenkomst alleen kan worden ontbonden indien daar een redelijke grond voor is en herplaatsing van de werknemer binnen een redelijke termijn niet mogelijk is of niet in de rede ligt. In artikel 7:669 lid 3 BW is nader omschreven wat onder een redelijke grond moet worden verstaan. Bij regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 april 2015 (
Stcrt.2015/12685) zijn daarvoor nadere regels gesteld (Ontslagregeling).
5.2.
Uit hetgeen partijen hebben aangevoerd is de kantonrechter gebleken dat partijen sterk verdeeld zijn over de inzetbaarheid van [verweerder] waardoor zij inmiddels in een impasse zijn geraakt. GEOS heeft zich (primair) op het standpunt gesteld dat de arbeidsverhouding niet functioneert door de houding en het gedrag van [verweerder] zodat (subsidiair) de arbeidsovereenkomst een lege huls is geworden, terwijl [verweerder] zich op het standpunt heeft gesteld dat de verstoorde arbeidsverhouding door GEOS zelf is veroorzaakt door onwaarheden te verkondigen en door pesterijen/boycot.
5.3.
Gegeven is dat [verweerder] van de 5½ jaar die hij in dienst is van GEOS in totaal maximaal veertien maanden heeft gewerkt, dat hij zo’n vier maanden met onbetaald verlof is geweest en dat [verweerder] thans zo’n 31 maanden achtereen geen werkzaamheden meer verricht voor GEOS. Dat [verweerder] in die tijd certificeringen heeft behaald van studies die hij op eigen initiatief is gaan volgen, doet daaraan niet af. Overigens hebben die certificeringen kennelijk weinig positieve gevolgen gehad voor de inzetbaarheid van [verweerder] bij GEOS. Voldoende gebleken is evenwel dat GEOS zich heeft ingespannen [verweerder] weer in te zetten. In de periode van 2016 tot en met maart 2021 is GEOS aan [verweerder] intakes/opdrachten blijven aanbieden. Ter zitting heeft GEOS aangevoerd dat het een aantal van 98 is geweest, hetgeen verder ook niet is bestreden door [verweerder] . Dat een deel van de door GEOS aangeboden opdrachten niet (helemaal) aansloot bij de kennis en kunde van [verweerder] en zodoende niet als passend kan worden gekwalificeerd kan zo zijn, maar niet aannemelijk acht de kantonrechter dat de door GEOS aan [verweerder] aangeboden 98 opdrachten grotendeels niet (voldoende) passend waren. [verweerder] kan dan ook niet volstaan met het enkele en niet onderbouwde verweer dat hij geen passende opdrachten kreeg en dat GEOS onwaarheden verkondigt.
5.4.
Verder is gebleken dat GEOS bij [verweerder] meermalen heeft aangegeven dat zijn houding en gedrag moet verbeteren omdat het een verstoring in de arbeidsrelatie veroorzaakt. Zij heeft daartoe herhaaldelijk gesprekken met [verweerder] gevoerd, brieven gestuurd waarin de afspraken tussen partijen zijn vastgelegd en GEOS heeft mediation en coaching voorgesteld. Uit het verweerschrift en hetgeen [verweerder] ter zitting heeft verklaard, maakt de kantonrechter op dat [verweerder] vooral de mening is toegedaan dat het niet zijn schuld is dat het al jarenlang loopt zoals het loopt. Volgens [verweerder] is er geen duidelijk probleem en alleen maar vaag gepraat – van GEOS, zo begrijpt de kantonrechter – over zijn houding, gedrag en communicatie. Gelet op de door GEOS ingenomen stellingen en de onderbouwing daarvan, kan [verweerder] hier evenwel niet mee volstaan. Uit de overgelegde correspondentie die tussen partijen die heeft plaatsgevonden in de periode van september 2016 tot en met april 2021, heeft GEOS concreet benoemd wat er dient te veranderen aan de houding en het gedrag van [verweerder] en waarom. Een paar van de genoemde punten zijn [verweerder] (reactieve) wijze van communiceren en het ontbreken van een proactieve opstelling. Van een (significante) verandering op enig moment is evenwel niet gebleken omdat [verweerder] van meet af aan het standpunt heeft ingenomen dat er geen duidelijk probleem is en daarnaar lijkt [verweerder] steeds te hebben gehandeld. Op de vragen van de kantonrechter aan [verweerder] hoe hij zijn arbeidsrelatie met GEOS ziet, wat zijn visie is op een toekomst bij GEOS en hoe deze procedure zou moeten eindigen, is als enig antwoord gekomen dat hij niet wil meewerken aan het eindigen van zijn arbeidsovereenkomst met GEOS.
5.5.
De kantonrechter is van oordeel dat GEOS niets onredelijks vergt van [verweerder] en dat GEOS zich jarenlang heeft ingespannen te komen tot een vruchtbare samenwerking met [verweerder] . Een vruchtbare samenwerking komt evenwel tot stand door inspanningen van zowel de werkgever als de werknemer bijvoorbeeld door te investeren in een goede arbeidsrelatie en door een constructieve opstelling waarvan zelfreflectie een onderdeel vormt. [verweerder] blijft evenwel vasthouden aan zijn standpunten zoals deze reeds uiteengezet zijn; kortweg, er is geen probleem met zijn houding en gedrag en er wordt hem geen passend werk aangeboden door GEOS. De verstoring blijkt daarmee uit deze hardnekkige opstelling van [verweerder] . Ook blijkt de verstoring uit de verwijten die [verweerder] GEOS maakt; GEOS overdrijft, er is sprake van pesterij/boycot/onheus gedrag door GEOS jegens [verweerder] en GEOS verkondigt onwaarheden. Hiermee geeft [verweerder] er blijk van geen vertrouwen (meer) te hebben in GEOS. Mede daarom is [verweerder] de vraag voorgehouden wat zijn visie is op een toekomst bij GEOS. In dat licht is het dan ook begrijpelijk dat GEOS er geen vertrouwen in heeft dat partijen nog tot een vruchtbare samenwerking kunnen komen.
5.6.
Het staat [verweerder] vrij niet in te gaan op het, overigens gerechtvaardigde, verzoek van GEOS in gesprek te gaan met een onafhankelijke derde in de vorm van mediation of coaching. Doordat [verweerder] evenwel niet (constructief) heeft meegewerkt aan deze trajecten, heeft hij daarmee bijgedragen aan de duurzaamheid van de verstoring. Uit de brief van GEOS aan [verweerder] van 19 maart 2021 blijkt dat het mediationvoorstel is ingegeven door de vele incidenten rondom de terbeschikkingstelling van [verweerder] bij verschillende opdrachtgevers, de moeizame communicatie tussen partijen en het verschil van inzicht van partijen waardoor de arbeidsrelatie onder druk is komen te staan en een verstoring is veroorzaakt. Dat laatste wordt miskend door [verweerder] , waar hij zich op het standpunt stelt aan de mediation geen behoefte te hebben omdat het geschilpunt onduidelijk leek en mediation hem een overdreven zwaar middel leek. Bovendien, zo heeft [verweerder] aangevoerd, leek hem “[m]ediation op basis van een hele reeks onwaarheden/fouten en een slordig document pesterij/onnodig” en is de verstoorde arbeidsrelatie pas in 2021 een onderwerp tussen partijen geworden door de eigen toonzetting van GEOS en geforceerde discussies. Hetzelfde geldt min of meer voor het door GEOS gedane aanbod van een coachingstraject. Het coachingsvoorstel is ingegeven door de wens van GEOS tot een constructieve voorzetting van de arbeidsrelatie te komen, dat vanwege de houding, het gedrag en het gebrek aan zelfreflectie zijdens [verweerder] wordt belemmerd. Ook dit wordt miskend door [verweerder] doordat hij van mening is dat zijn inzet en (werk)houding goed is en zijn houding volgens hem niet het probleem is.
5.7.
De voorgaande feiten en omstandigheden in aanmerking genomen is de kantonrechter van oordeel dat door GEOS aannemelijk is gemaakt dat de arbeidsverhouding tussen partijen ernstig en duurzaam is verstoord zodat de arbeidsovereenkomst tussen partijen op die grond zal worden ontbonden. De kantonrechter is in het verlengde daarvan van oordeel dat herplaatsing van [verweerder] niet in de rede ligt, omdat GEOS vrijwel uitsluitend functies zoals die van [verweerder] kent.
5.8.
De conclusie is daarmee dat de kantonrechter het verzoek van GEOS zal toewijzen en dat de arbeidsovereenkomst op grond van artikel 7:669 lid 3 sub g BW en met toepassing van artikel 7:671b lid 9 sub a BW zal ontbinden met ingang van 1 januari 2022 . Dat is de datum waarop de arbeidsovereenkomst bij regelmatige opzegging zou zijn geëindigd, verminderd met de duur van deze procedure.
5.9.
Het verzoek van [verweerder] tot betaling van het achterstallige salaris en uitbetaling van vakantiedagen wordt door hem verder niet nader toegelicht en onderbouwd terwijl dit wel op zijn weg lag, te meer omdat GEOS heeft ontkend [verweerder] dit verschuldigd te zijn. Deze en de daarmee samenhangende verzoeken (wettelijke verhoging en wettelijke rente) zullen dan ook als onvoldoende onderbouwd worden afgewezen.
5.10.
Voor het eerst ter zitting heeft [verweerder] (eveneens ongemotiveerd) aangevoerd dat GEOS hem nog niet de variabele beloning heeft uitbetaald. GEOS is in de gelegenheid gesteld hierop te reageren bij akte, van welke gelegenheid zij gebruik heeft gemaakt. Kort gezegd is GEOS tot de conclusie gekomen dat zij [verweerder] de variabele beloning nog niet heeft betaald over periode van 1 september 2017 tot en met 21 september 2017 een bruto bedrag van € 940,80, over de periode van 6 en 7 november 2017 een bruto bedrag van
€ 425,60 en over de periode van 10 april 2018 tot en met 31 juli 2018 een bruto bedrag van
€ 3.805,20, zijnde in totaal een bruto bedrag van € 5.171,60. In de akte heeft GEOS toegezegd (vrijwillig) over te gaan tot betaling van dit totaalbedrag aan [verweerder] . Bij die vaststelling zal de kantonrechter het laten. GEOS heeft namelijk terecht aangevoerd dat zij daartoe in het kader van deze procedure niet veroordeeld kan worden aangezien [verweerder] in deze procedure geen veroordeling van GEOS heeft verzocht tot voldoening van de variabele beloning.
Het verzoek tot toekenning van de transitievergoeding
5.11.
De ontbinding van de arbeidsovereenkomst heeft tot gevolg dat GEOS de wettelijke transitievergoeding aan [verweerder] verschuldigd is. Dit heeft GEOS ook niet als zodanig bestreden, zodat ten laste van GEOS aan [verweerder] de wettelijke transitievergoeding zal worden toegekend in het dictum.
Het verzoek tot toekenning van een billijke vergoeding
5.12.
Uit de parlementaire geschiedenis van de Wet werk en zekerheid (WWZ) volgt dat voor het aannemen van ernstig verwijtbaar handelen van een werkgever, op grond waarvan de werknemer aanspraak kan maken op een billijke vergoeding (naast de transitievergoeding) een hoge drempel geldt. Het moet gaan om uitzonderlijke gevallen, zoals wanneer een werkgever grovelijk de verplichtingen niet nakomt die voortvloeien uit de arbeidsovereenkomst en er als gevolg daarvan een verstoorde arbeidsverhouding ontstaat; te denken valt bijvoorbeeld aan de situatie waarin de werkgever een valse grond voor ontslag aanvoert met als enig oogmerk een onwerkbare situatie te creëren en ontslag langs die weg te realiseren (Kamerstukken II, vergaderjaar 2013/2014, 33818, nr. 3, pag. 34). In dergelijke gevallen is het evident dat de werkgever ernstig verwijtbaar heeft gehandeld of nagelaten.
5.13.
Dit betekent dat de kantonrechter terughoudend moet zijn bij het aannemen van ernstige verwijtbaarheid van (in dit geval) de werkgever en alleen in evidente gevallen tot het oordeel kan komen dat hiervan sprake is. Naar het oordeel van de kantonrechter is daar in het onderhavige geval geen sprake van.
5.14.
Voor zover [verweerder] toewijzing van een billijke vergoeding bepleit vanwege pesterij en/of onheus gedrag waarbij GEOS een verstoring van de arbeidsrelatie heeft nagestreefd, stuit dat af op hetgeen is overwogen onder rechtsoverwegingen 5.3. tot en met 5.7. Hoe onder de daarin omschreven feiten en omstandigheden niettemin tot de conclusie moet worden gekomen dat sprake is van ernstig verwijtbaar handelen en/of nalaten van GEOS is zonder nadere toelichting, die ontbreekt, onnavolgbaar.
5.15.
De kantonrechter is gelet op het voorgaande van oordeel dat geen sprake is van ernstig verwijtbaar handelen en/of nalaten aan de zijde van GEOS, zodat [verweerder] geen recht heeft op een billijke vergoeding als bedoeld in artikel 7:671b lid 9 onder c BW. Het verzoek van [verweerder] is dan ook niet toewijsbaar.
De proceskosten
5.16.
De kantonrechter ziet in de omstandigheden van het geval geen aanleiding om één van de partijen in de kosten te veroordelen.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen partijen met ingang van 1 januari 2022;
6.2.
veroordeelt GEOS tot betaling aan [verweerder] van de wettelijke transitievergoeding;
6.3.
verklaart deze beschikking tot dusver uitvoerbaar bij voorraad;
6.4.
bepaalt dat iedere partij de eigen proceskosten draagt;
6.5.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. C.W.D. Bom, kantonrechter en op 23 november 2021 in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.