ECLI:NL:RBDHA:2021:12361
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar inzake bijstandsverlening op grond van de Participatiewet
In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen de niet-ontvankelijk verklaring van haar bezwaar door het college van burgemeester en wethouders van Rijswijk. De rechtbank Den Haag heeft op 3 november 2021 uitspraak gedaan in deze zaak, die betrekking heeft op de bijstandsverlening op grond van de Participatiewet (Pw). Eiseres had aanvankelijk een aanvraag om bijstand ingediend op 25 maart 2020, welke aanvraag door verweerder in het primair besluit 1 op 19 mei 2020 werd afgewezen. In een later besluit, primair besluit 2 van 10 september 2020, werd eiseres echter alsnog bijstand toegekend voor de periode van 25 maart 2020 tot en met 30 juni 2020.
Het bestreden besluit verklaarde het bezwaar van eiseres tegen primair besluit 1 en primair besluit 2 kennelijk niet-ontvankelijk. De rechtbank oordeelde dat eiseres geen procesbelang meer had bij de beoordeling van primair besluit 1, omdat haar bijstand was toegekend in primair besluit 2. Eiseres had in haar bezwaar tegen primair besluit 2 geen gronden ingediend, waardoor ook dit bezwaar niet-ontvankelijk werd verklaard. Eiseres verzet zich tegen de einddatum van de toegekende bijstand, maar de rechtbank concludeerde dat verweerder terecht het bezwaar niet-ontvankelijk had verklaard.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.