ECLI:NL:RBDHA:2021:12215

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
3 november 2021
Publicatiedatum
9 november 2021
Zaaknummer
NL21.11984
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van een verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak na niet-ontvankelijk verklaring van asielaanvraag

In de zaak tussen de verzoeker en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 3 november 2021 uitspraak gedaan. De verzoeker had een asielaanvraag ingediend, maar deze werd door de staatssecretaris op 20 juli 2021 niet-ontvankelijk verklaard. Hierop heeft de verzoeker beroep ingesteld tegen dit besluit en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 13 oktober 2021 in Middelburg, waar de verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde, mr. H.J. Metselaar, en een tolk, A.A. Fawzy, aanwezig was. De staatssecretaris werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. R.C. van den Berg.

Tijdens de zitting werd het verzoek om voorlopige voorziening behandeld, samen met een andere zaak (NL21.11983). De rechtbank heeft in die andere zaak het beroep ongegrond verklaard. Gezien deze uitspraak heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door mr. W. Anker, in aanwezigheid van griffier mr. M.Ch. Grazell, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak.

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open, wat betekent dat de beslissing van de voorzieningenrechter definitief is.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL21.11984

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam], verzoeker

V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. R.C. van den Berg),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. H.J. Metselaar).

Procesverloop

Bij besluit van 20 juli 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker niet-ontvankelijk verklaard.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met de zaak NL21.11983, op 13 oktober 2021 op zitting behandeld. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Als tolk is verschenen A.A. Fawzy. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL21.11983, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Het beroep is ongegrond verklaard. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. W. Anker, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. M.Ch. Grazell, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.