ECLI:NL:RBDHA:2021:12059
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering openbaarmaking documenten op grond van de Wet openbaarheid van bestuur met betrekking tot persoonlijke beleidsopvattingen
In deze zaak, uitgesproken door de Rechtbank Den Haag op 5 november 2021, gaat het om een beroep tegen de weigering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Delfland om bepaalde documenten openbaar te maken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Eisers, de besloten vennootschappen Vastgoed I B.V. en Beheer B.V., hadden een Wob-verzoek ingediend met betrekking tot documenten die verband hielden met een aan hen opgelegde bouwstop en herplantingsplicht. Het college had in een eerder besluit een deel van het verzoek toegewezen, maar weigerde de openbaarmaking van vier specifieke documenten, omdat deze volgens hen persoonlijke beleidsopvattingen bevatten die bedoeld waren voor intern beraad.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de documenten inderdaad zijn opgesteld met het oog op intern beraad en dat ze persoonlijke beleidsopvattingen bevatten. De rechtbank overweegt dat de weigering van openbaarmaking gerechtvaardigd is, omdat de documenten zijn bedoeld om ambtenaren de vrijheid te geven om hun opvattingen ongehinderd te delen. De rechtbank concludeert dat de weigering van de openbaarmaking van de documenten door verweerder in redelijkheid is genomen en dat het beroep van eisers ongegrond is verklaard. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak benadrukt het belang van de bescherming van persoonlijke beleidsopvattingen in documenten die zijn opgesteld voor intern beraad, en bevestigt dat de Wob niet altijd leidt tot volledige openbaarmaking van alle documenten, vooral wanneer deze gevoelige interne overleggen betreffen.