ECLI:NL:RBDHA:2021:11935

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
1 november 2021
Publicatiedatum
2 november 2021
Zaaknummer
NL21.15641
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing asielaanvraag op basis van ongeloofwaardige biseksualiteit

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 1 november 2021 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Jamaicaanse man geboren in 1976, heeft een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, die door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid is afgewezen als kennelijk ongegrond. De rechtbank heeft het beroep van eiser behandeld op 21 oktober 2021, waarbij eiser via een beeldverbinding aanwezig was. Eiser stelt dat hij biseksueel is en dat zijn seksuele geaardheid in Jamaica bekend is geworden, wat hem zou beletten om terug te keren naar zijn land van herkomst. De staatssecretaris heeft echter de gestelde biseksualiteit ongeloofwaardig geacht, omdat eiser summier en algemeen heeft verklaard over zijn ervaringen en gevoelens.

De rechtbank heeft overwogen dat de staatssecretaris voldoende rekening heeft gehouden met het referentiekader van eiser, maar dat eiser niet in staat is geweest om zijn biseksualiteit op een overtuigende manier te onderbouwen. Eiser heeft aangevoerd dat zijn beperkte scholing en de Jamaicaanse cultuur hem belemmeren om dieper op zijn gevoelens in te gaan. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat eiser al enige tijd in Nederland woont en contact heeft gehad met andere homoseksuelen, wat zijn verklaringen over zijn gevoelens en ervaringen ongeloofwaardig maakt.

De rechtbank heeft geconcludeerd dat de staatssecretaris niet ten onrechte de biseksualiteit van eiser ongeloofwaardig heeft geacht en dat er onvoldoende bewijs is voor de problemen die eiser zou hebben ondervonden vanwege zijn geaardheid. Eiser's beroep op artikel 8 van het EVRM, dat betrekking heeft op het recht op respect voor privé- en gezinsleven, is eveneens afgewezen, omdat hij niet met objectieve stukken heeft onderbouwd dat hij kinderen in Nederland heeft die afhankelijk van hem zijn. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Bestuursrecht
zaaknummer: NL21.15641

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiser] , eiser, V-nummer: [V-nummer]

(gemachtigde: mr. G.W. Mettendaf),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. R. Radema).

ProcesverloopBij besluit van 4 oktober 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure afgewezen als kennelijk ongegrond.

Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.De rechtbank heeft het beroep op 21 oktober 2021 op zitting behandeld.Eiser heeft via een beeldverbinding deelgenomen aan de zitting. Zijn gemachtigde is ter zitting verschenen. Als tolk is verschenen J. Singh. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Waar gaat deze zaak over?
1. Eiser heeft de Jamaicaanse nationaliteit en is geboren op [geboortedag] 1976. Eiser heeft aan zijn asielaanvraag ten grondslag gelegd dat hij biseksueel is en dat zijn seksuele gerichtheid in Jamaica bekend is geworden door een man genaamd [A] . Eiser stelt dat [A] hem heeft gezien bij een feest voor biseksuelen. Hij kan daarom niet terug naar Jamaica.
2. Verweerder vindt de gestelde seksuele gerichtheid en de problemen die eiser hierdoor zou hebben ondervonden ongeloofwaardig. Hij stelt zich op het standpunt dat eiser oppervlakkig, summier en algemeen heeft verklaard over zijn gerichtheid en hierdoor onvoldoende inzicht heeft gegeven in zijn ervaringen, gedachten en beleving als biseksuele man.
Wat vindt eiser in beroep?
3. Eiser voert aan dat verweerder zich ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat hij summier, wisselend en tegenstijdig heeft verklaard over zijn seksuele geaardheid en zijn gevoelens daarbij. Eiser verwijst naar verschillende punten in het gehoor. Volgens eiser heeft verweerder onvoldoende rekening gehouden met zijn referentiekader en met de Jamaicaanse cultuur. Eiser is maar kort naar school geweest en vanuit zijn cultuur is het niet gebruikelijk om te spreken over gevoelens en over biseksuele relaties. Eiser kan daardoor niet op een nog diepgaandere wijze verklaren. Verweerder heeft onvoldoende doorgevraagd waar het gaat om zijn gevoelens en zijn relaties met mannen en niet de juiste vragen gesteld. Verweerder heeft ten onrechte de problemen die eiser heeft ondervonden door zijn geaardheid ongeloofwaardig geacht. Volgens eiser zijn de verklaringen die hij heeft afgelegd niet vaag en summier. Eiser is van mening dat hij aannemelijk heeft gemaakt dat hij vanwege zijn geaardheid problemen heeft gehad in Jamaica. Eiser doet ten slotte een beroep op artikel 8 van het EVRM [1] omdat hij kinderen in Nederland heeft.
Wat is het oordeel van de rechtbank?
Referentiekader eiser
4. De rechtbank overweegt dat verweerder er voldoende blijk van heeft gegeven dat hij rekening heeft gehouden met eisers referentiekader. Eiser heeft in het aanmeldgehoor verklaard dat hij tot zijn achttiende naar school is geweest, de lagere en middelbare school heeft gedaan en is begonnen aan een opleiding aan een technische instelling die hij niet heeft afgemaakt. De stelling dat eiser slechts beperkte scholing heeft gehad en daardoor de vragen tijdens het nader gehoor niet heeft begrepen volgt de rechtbank daarom niet. Daarbij geldt dat eiser tijdens het nader gehoor ook niet heeft aangegeven dat hij de vragen niet begreep, terwijl hij aan het begin van het nader gehoor juist uit zichzelf heeft aangegeven dat hij dit zou doen. Ook eisers stelling dat verweerder onvoldoende rekening heeft gehouden met zijn Jamaicaanse cultuur volgt de rechtbank niet. De rechtbank overweegt in dit verband dat verweerder terecht stelt dat eiser al enkele jaren in Nederland woont waar openlijk over geaardheid gepraat kan worden en hij bovendien contact met andere homoseksuelen (waaronder een relatie) heeft gehad. Verweerder wijst er bovendien terecht op dat eiser wel kan verklaren over activiteiten die hij als homoseksueel heeft ondernomen en feesten waar hij naartoe gaat. Hierdoor heeft verweerder van eiser mogen verwachten dat hij op een diepgaandere wijze kan verklaren over zijn gevoelens.
4.1.
De rechtbank ziet ook geen aanleiding voor het oordeel dat verweerder niet de correcte vragen heeft gesteld of onvoldoende heeft doorgevraagd. De rechtbank stelt in dit kader vast dat uit de gehoren bijvoorbeeld blijkt dat de gehoormedewerker tot vier maal toe heeft doorgevraagd op eisers gevoelsleven als biseksueel en dat de vragen ook op verschillende manieren zijn gesteld. De rechtbank stelt vast dat ook op andere punten op verschillende manieren is doorgevraagd naar aanleiding van de antwoorden van eiser. Zo zijn hem verschillende vragen gesteld over het verschil tussen het hebben van een relatie met een man of met een vrouw, over zijn eerste homoseksuele ervaring met [B] , over hoe eiser omging met zijn gevoelens voor mannen en of hij dit moeilijk vond. Dat niet op ieder antwoord dat eiser heeft gegeven is doorgevraagd, maakt naar het oordeel van de rechtbank niet dat eiser niet voldoende de gelegenheid heeft gehad om zijn authentieke verhaal te vertellen.
Biseksuele gerichtheid
5. De rechtbank is van oordeel dat verweerder niet ten onrechte de biseksuele gerichtheid van eiser ongeloofwaardig vindt. De rechtbank overweegt daartoe dat verweerder een integrale geloofwaardigheidsbeoordeling heeft gemaakt waarbij alle geloofwaardigheidsindicatoren zijn betrokken. De verklaringen die eiser heeft gegeven zijn algemeen en summier en geven daarmee geen inzicht in zijn gestelde biseksualiteit. Verweerder heeft uitgebreid gemotiveerd waarom de verklaringen onvoldoende zijn. Uit de gronden van eiser volgen geen aanknopingspunten voor een ander oordeel. De rechtbank is als volgt tot dit oordeel gekomen.
5.1
Verweerder mag van eiser verwachten dat hij voldoende uitgebreid en diepgaand verklaart over de periode waarin hij besefte dat hij op zowel mannen als vrouwen valt. Eiser is hier niet in geslaagd. Verweerder heeft in dat kader mogen overwegen dat eiser zijn gevoelens voor [B] , de eerste man die hij interessant vond, na meerdere malen doorvragen niet kan concretiseren en met name verklaringen aflegt over seksuele handelingen. Dat eiser eerst verklaart dat [B] de baas is van zijn moeder en pas later aangeeft dat het zijn oom is, heeft verweerder ook bevreemdend mogen vinden. Verder blijft eiser ook in het kader van zijn algemene belevingsproces na deze eerste ervaring met [B] steken in algemene verklaringen. Eiser kan zijn gevoelens sinds zijn 28e levensjaar niet duiden. Eisers verklaringen dat hij wist wat hij van binnen voelde, “dat is wat ik ben” en “ik doe wat ik leuk vind”, heeft verweerder summier en vaag mogen vinden. Verweerder heeft zich ook niet ten onrechte op het standpunt gesteld dat eiser vage en wisselende verklaringen heeft afgelegd over de relaties die hij met verschillende mannen heeft gehad. Verweerder heeft het bevreemdend mogen vinden dat eiser weinig kan verklaren over het vertrek van Damian uit Jamaica, terwijl zij volgens eiser al een aantal jaren in Nederland een relatie hebben. Verweerder heeft zich ook niet ten onrechte op het standpunt gesteld dat eiser wisselend heeft verklaard over zijn relatie met Luke en Marvin, hetgeen twijfel over deze relaties oproept. Zo verklaart eiser eerst dat zijn relatie met Marvin niet lang duurde, omdat Marvin naar Italië vertrok, terwijl hij later verklaart dat Luke degene is die naar Italië vertrok.
Problemen wegens geaardheid
6. De rechtbank overweegt dat verweerder eisers problemen vanwege zijn geaardheid niet ten onrechte ongeloofwaardig heeft geacht. Zo heeft eiser verklaard dat een kennis, genaamd [A] , de mensen in Jamaica heeft verteld dat eiser biseksueel is nadat hij eiser op een biseksueel feest heeft gezien bij Lelylaan. Verweerder heeft het bevreemdend kunnen vinden dat eiser niet wist dat [A] naast Lelylaan woont terwijl het een bekende van zijn familie is en beiden al jaren in Nederland wonen. Dat eiser vervolgens is neergestoken omdat mensen in Jamaica op de hoogte zijn geraakt van eisers gerichtheid, is niet onderbouwd. Eiser heeft geen aangifte en ook geen ziekenhuisbewijzen dan wel andere bewijzen van behandeling overgelegd.
Artikel 8 EVRM
7. Het beroep van eiser op artikel 8 van het EVRM slaagt niet. De rechtbank overweegt in dit kader dat verweerder zich terecht op het standpunt stelt dat eiser niet met objectieve stukken heeft onderbouwd dat hij twee kinderen in Nederland heeft en dat deze kinderen afhankelijk zijn van hem. Eiser heeft zijn stelling niet onderbouwd met documenten omtrent de erkenning van de kinderen, documenten van school of andere objectieve stukken over de kinderen. Eiser heeft enkel een verklaring overgelegd van mevrouw A.M.V. Frederik, maar zoals verweerder terecht stelt is deze verklaring niet afkomstig van een objectieve bron, zodat hieraan niet de waarde kan worden gehecht die eiser daaraan gehecht wenst te zien.
Conclusie
8. Eiser komt niet in aanmerking voor toelating op grond van artikel 29, eerste lid, aanhef en onder a of b, van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw).
9. Het beroep is ongegrond.
10. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J. Schaaf, rechter, in aanwezigheid van mr.E.N.H.J. Schenk, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na de dag van bekendmaking.

Voetnoten

1.Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden.