ECLI:NL:RBDHA:2021:10505

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
21 september 2021
Publicatiedatum
27 september 2021
Zaaknummer
AWB 21/610
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van het verzoek om uitzetting van een vreemdeling in afwachting van de uitspraak in een andere procedure

Op 21 september 2021 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer AWB 21/610. De zaak betreft een verzoek van een vreemdeling, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. S. Ben Ahmed, om te bepalen dat de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de uitzetting van verzoeker achterwege dient te laten totdat er een beslissing is genomen op een ander beroep, dat loopt onder zaaknummer AWB 21/609. De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en artikel 8:83, derde lid, van de Awb uitspraak gedaan buiten zitting. Tijdens de beoordeling van het verzoek heeft de voorzieningenrechter vastgesteld dat er geen aanleiding is om de gevraagde voorziening toe te kennen, aangezien er op 17 augustus 2021 al een beslissing is genomen op het beroep. Het verzoek is daarom kennelijk ongegrond verklaard en afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt op 20 september 2021 en is gedaan door mr. K.M. de Jager, in aanwezigheid van griffier G. de Keuning.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg

Bestuursrecht
Zaaknummer: AWB 21/610
V-nummer: [Nummer]

uitspraak van de voorzieningenrechter voor vreemdelingenzaken in de zaak tussen

[Naam], verzoeker,

gemachtigde mr. S. Ben Ahmed,
tegen

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

verweerder.

Overwegingen

De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en artikel 8:83, derde lid, van de Awb uitspraak buiten zitting.
De voorzieningenrechter is verzocht om hangende beroep in de procedure met zaaknummer AWB 21/609 te bepalen dat verweerder de uitzetting van verzoeker achterwege dient te laten, totdat op het beroep is beslist.
In het onderhavige geval is er geen aanleiding tot het treffen van de gevraagde voorziening, nu op 17 augustus 2021 op het beroep is beslist. Het verzoek is kennelijk ongegrond en wordt daarom afgewezen.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. K.M. de Jager, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van G. de Keuning, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
Deze uitspraak is bekend gemaakt op 20 september 2021.
Afschrift verzonden op: