ECLI:NL:RBDHA:2021:10500

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
20 september 2021
Publicatiedatum
27 september 2021
Zaaknummer
AWB 20/2270
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van het verzoek om uitzetting achterwege te laten in het bestuursrecht

Op 20 september 2021 heeft de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer AWB 20/2270. De voorzieningenrechter, mr. K.M. de Jager, heeft het verzoek van de verzoeker, vertegenwoordigd door gemachtigde mr. E. Arslan, afgewezen. Het verzoek was gericht aan de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarbij de verzoeker vroeg om te bepalen dat zijn uitzetting achterwege moest blijven totdat er op zijn beroep in een andere procedure (zaaknummer AWB 20/4309) was beslist.

De voorzieningenrechter heeft overwogen dat er geen aanleiding is om de gevraagde voorziening te treffen. Dit oordeel is gebaseerd op het feit dat er op 13 augustus 2021 al een beslissing was genomen in het beroep. Hierdoor was het verzoek kennelijk ongegrond. De uitspraak is gedaan op basis van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en artikel 8:83, derde lid, van de Awb, waarbij de voorzieningenrechter buiten zitting uitspraak heeft gedaan.

De beslissing van de voorzieningenrechter is openbaar gemaakt en bekendgemaakt op 20 september 2021. De griffier, G. de Keuning, was aanwezig bij de uitspraak. De uitspraak is geanonimiseerd gepubliceerd, en een afschrift is verzonden.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg

Bestuursrecht
Zaaknummer: AWB 20/2270
V-nummer: [Nummer]

uitspraak van de voorzieningenrechter voor vreemdelingenzaken in de zaak tussen

[Naam], verzoeker,

gemachtigde mr. E. Arslan,
tegen

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

verweerder.

Overwegingen

De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en artikel 8:83, derde lid, van de Awb uitspraak buiten zitting.
De voorzieningenrechter is verzocht om hangende beroep in de procedure met zaaknummer AWB 20/4309 te bepalen dat verweerder de uitzetting van verzoeker achterwege dient te laten, totdat op het beroep is beslist.
In het onderhavige geval is er geen aanleiding tot het treffen van de gevraagde voorziening, nu op 13 augustus 2021 op het beroep is beslist. Het verzoek is kennelijk ongegrond en wordt daarom afgewezen.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. K.M. de Jager, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van G. de Keuning, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
Deze uitspraak is bekend gemaakt op 20 september 2021.
Afschrift verzonden op: