In deze zaak heeft de kinderrechter op 1 september 2021 uitspraak gedaan over de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, geboren op [geboortedag] 2020, in een pleegzorgvoorziening. De zaak is voortgekomen uit een verzoekschrift dat op 26 maart 2021 is ingediend. De kinderrechter had eerder op 4 mei 2021 een machtiging verleend voor de uithuisplaatsing van de minderjarige van 9 mei 2021 tot 7 september 2021. Tijdens de zitting op 1 september 2021 zijn de ouders, bijgestaan door hun advocaat, verschenen. De vader heeft recentelijk stappen ondernomen om zijn verslavingsproblemen aan te pakken, maar er blijven zorgen bestaan over zijn gedrag en de opvoedvaardigheden van beide ouders. De kinderrechter heeft vastgesteld dat, hoewel de ouders zich positief hebben ingezet, er nog onvoldoende stabiliteit en veiligheid is om de minderjarige terug te plaatsen. De kinderrechter heeft daarom besloten de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen tot 7 december 2021, de duur van de ondertoezichtstelling, en heeft de ouders de kans gegeven om te werken aan hun opvoedvaardigheden en stabiliteit.