ECLI:NL:RBDHA:2021:10216
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van asielaanvraag wegens verantwoordelijkheid Italië en vertrek naar Frankrijk
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 9 september 2021 uitspraak gedaan over de asielaanvraag van eiseres, die op 13 juli 2019 asiel heeft aangevraagd in Nederland. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvraag niet in behandeling genomen, omdat Italië verantwoordelijk zou zijn voor de behandeling van de aanvraag. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, die op 28 november 2019 is toegewezen. De behandeling van het beroep is echter aangehouden.
Op 9 september 2021 heeft de rechtbank de zaak opnieuw behandeld, maar eiseres is niet verschenen. Haar gemachtigde heeft aangegeven dat eiseres vanwege de afstand en de jonge kinderen niet aanwezig kon zijn. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres inmiddels Nederland heeft verlaten en op 9 juli 2021 asiel heeft aangevraagd in Frankrijk. Dit heeft geleid tot de conclusie dat eiseres geen belang meer heeft bij de beoordeling van haar beroep, aangezien zij niet langer prijs stelt op internationale bescherming in Nederland.
De rechtbank heeft daarom het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken door mr. J.F.I. Sinack, rechter, in aanwezigheid van mr. A.E. Paulus, griffier. Tegen deze uitspraak kan binnen één week hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.