ECLI:NL:RBDHA:2020:9460
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen functietoewijzing bij Defensie niet-ontvankelijk verklaard
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 30 september 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en de staatssecretaris van Defensie. De eiser, die tot zijn functioneel leeftijdsontslag als militair werkzaam was, had gesolliciteerd naar de functie van monitor voorraadbeheer. Echter, bij besluit van 14 augustus 2018 werd hem meegedeeld dat deze functie niet aan hem was toegewezen omdat hij niet de meest geschikte kandidaat was. Eiser heeft hiertegen bezwaar gemaakt, wat door de staatssecretaris op 30 augustus 2019 gegrond werd verklaard. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld tegen dit bestreden besluit.
Tijdens de zitting op 15 september 2020, die via een skype-verbinding plaatsvond, is eiser verschenen, terwijl de staatssecretaris zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Eiser voerde aan dat hij recht had op een vergoeding omdat de beslistermijn was overschreden en dat hij een betere oplossing verlangde dan de huidige situatie, waarin hij na acht maanden als coördinator buitencomplexen te hebben gewerkt, was ontslagen.
De rechtbank overwoog dat eiser geen recht had op een vergoeding wegens niet tijdig beslissen, omdat hij het bestuursorgaan niet schriftelijk in gebreke had gesteld. Bovendien oordeelde de rechtbank dat het procesbelang van eiser was komen te vervallen, aangezien hij inmiddels een andere functie had aanvaard. De rechtbank verklaarde het beroep van eiser niet-ontvankelijk en wees erop dat de afwijzing van de functie van monitor voorraadbeheer niet meer relevant was, gezien de gewijzigde omstandigheden. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.