ECLI:NL:RBDHA:2020:9157

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 september 2020
Publicatiedatum
21 september 2020
Zaaknummer
C/09/597387 / FA RK 20-5255
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 7 september 2020 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had op 29 juli 2020 een verzoek ingediend voor het verlenen van een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 1970, die op dat moment in een accommodatie verbleef. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling van het verzoek gehouden, waarbij verschillende betrokkenen, waaronder een psychiater in opleiding, zijn gehoord. De betrokkene vertoonde problematisch gedrag, waaronder agressie en verzet tegen behandeling, en had een geschiedenis van politie-invloed en overlast. De psychiater in opleiding gaf aan dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, waaronder psychotische decompensatie bij schizofrenie, en dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis waren. De rechtbank oordeelde dat verplichte zorg noodzakelijk was om ernstig nadeel af te wenden, waaronder levensgevaar en ernstige psychische schade. De rechtbank verleende de zorgmachtiging, die geldig is tot en met 7 maart 2021, en wees andere verzoeken af. De beschikking is vastgesteld op 21 september 2020 en er staat cassatie open tegen deze beschikking.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaak-/rekestnr.: C/09/597387 / FA RK 20-5255
Datum beschikking: 07 september 2020

Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg

Beschikkingnaar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:

[de man]

hierna te noemen: betrokkene,
geboren op [geboortedag] 1970 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats]
thans verblijvende in de accommodatie [verblijfplaats] ,
advocaat: mr. T.H. Putto te Leiderdorp.

ProcesverloopBij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 29 juli 2020, heeft de officier van justitie verzocht om een zorgmachtiging.

Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- een op 23 juli 2020 ondertekende medische verklaring van [psychiater 1] , die betrokkene heeft onderzocht maar niet bij zijn behandeling betrokken was;
- een zorgkaart van 14 juli 2020;
- een zorgplan van 14 juli 2020;
- een beoordeling van de geneesheer-directeur op het zorgplan van 24 juli 2020;
- een uittreksel uit de justitiële documentatie;
- een afschrift van de politiemutaties.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 07 september 2020.
Bij die gelegenheid zijn op grond van artikel 2 Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid de navolgende personen gelijktijdig telefonisch gehoord door de rechtbank omdat het houden van een fysieke zitting vanwege de geldende veiligheidsmaatregelen met betrekking tot het coronavirus niet mogelijk was:
- de [psychiater in opleiding] en [psychiater 2] (met verpleging en beveiliging op de achtergrond), beide in aanwezigheid van betrokkene;
- de advocaat.
Omdat een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig werd geacht door de officier van justitie, is de officier van justitie niet telefonisch gehoord.

Standpunten ter zitting

De psychiater in opleiding geeft aan dat betrokkene in de separeer heeft verbleven omdat hij gisteren provocerend en heel dreigend naar de verpleging is geweest, met veel mankracht hebben ze hem kunnen separeren. Betrokkene is zojuist bezocht en hij lijkt zich goed te kunnen houden. Als hij agressief wordt, wordt het gesprek met hem onmiddellijk afgekapt.
Betrokkene verklaart dat er niets met hem aan de hand is. Hij heeft dingen te doen in zijn huis en kan dus niet veel langer blijven. Betrokkene ontkent geluidsoverlast te hebben veroorzaakt of spullen te hebben kapotgemaakt. Betrokkene neemt al 5-6 jaar vrijwillig zijn Lorazepam in.
De psychiater in opleiding geeft aan dat betrokkene zeer achterdochtig is en meer paranoïde trekken vertoond. Zijn antipsychoticumdepot accepteert hij wisselend en niet in de voorgeschreven hoeveelheid. Zijn toestandsbeeld wordt versterkt door middelengebruik.
Betrokkene dient eerst goed ingesteld te worden op zijn depot voordat er kan worden gekeken hoe het verder moet met hem.
De advocaat stelt zich op het standpunt dat zijn cliënt op vrijwillige basis wil meewerken, maar niet gedwongen opgenomen wil worden en pleit dan ook voor afwijzing van het verzoek.
De verzochte vormen van verplichte zorg worden besproken. De psychiater in opleiding verzoekt de vormen “onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen en het “aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen”, die niet zijn aangevraagd bij de zorgmachtiging, maar wel bij de voortzetting crisismaatregel, toe te wijzen.

Beoordeling

Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten psychotische decompensatie bij schizofrenie, mogelijk geluxeerd door drugsgebruik. Tevens is er sprake van zwakbegaafdheid en ongespecificeerde persoonlijkheidsstoornis.
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in:
-levensgevaar
-ernstig lichamelijk letsel
-ernstige psychische schade
-maatschappelijke teloorgang
Om het ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren, de geestelijke gezondheid van betrokkene te herstellen zodanig dat hij zijn autonomie zoveel mogelijk herwint, heeft betrokkene zorg nodig.
Door zijn gedrag is betrokkene alleen al in augustus acht keer met politie in aanraking geweest. Hij heeft zijn hoogbejaarde ouders bedreigd en was verbaal agressief aanwezig in de apotheek, waar hij ook spullen zou hebben vernield. Door aanhoudende overlast is betrokkene recent zijn woning kwijtgeraakt.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Betrokkene blijft zich verzetten tegen zijn behandeling. Ook accepteert hij maar een deel van zijn depot (20 mg van de voorgeschreven 30 mg). Om die reden is verplichte zorg nodig.
De in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
De verzochte vormen “onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen” en “aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen”, zijn niet verzocht bij de zorgmachtiging, maar wel in het verzoekschrift tot voorzetting van de crisismaatregel, welk verzoek vandaag gelijktijdig met dit verzoek is behandeld. De rechtbank ziet aanleiding, gelet op hetgeen de psychiater hierover heeft aangegeven, ook deze vormen van verplichte zorg toe te wijzen.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal derhalve worden verleend.

Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van:

[de man]

geboren op [geboortedag] 1970 te [geboorteplaats] ,
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 07 maart 2021;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.C. Sluymer, rechter, bijgestaan door K.A.M. Boeije als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 07 september 2020.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 21 september 2020.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.