ECLI:NL:RBDHA:2020:9157
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg
Op 7 september 2020 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had op 29 juli 2020 een verzoek ingediend voor het verlenen van een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 1970, die op dat moment in een accommodatie verbleef. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling van het verzoek gehouden, waarbij verschillende betrokkenen, waaronder een psychiater in opleiding, zijn gehoord. De betrokkene vertoonde problematisch gedrag, waaronder agressie en verzet tegen behandeling, en had een geschiedenis van politie-invloed en overlast. De psychiater in opleiding gaf aan dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, waaronder psychotische decompensatie bij schizofrenie, en dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis waren. De rechtbank oordeelde dat verplichte zorg noodzakelijk was om ernstig nadeel af te wenden, waaronder levensgevaar en ernstige psychische schade. De rechtbank verleende de zorgmachtiging, die geldig is tot en met 7 maart 2021, en wees andere verzoeken af. De beschikking is vastgesteld op 21 september 2020 en er staat cassatie open tegen deze beschikking.