ECLI:NL:RBDHA:2020:7359

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
31 juli 2020
Publicatiedatum
4 augustus 2020
Zaaknummer
NL20.10882
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak na eerdere uitspraak

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 31 juli 2020 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, een Iraanse nationaliteit, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, welke door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was afgewezen. De afwijzing was gebaseerd op artikel 31 van de Vreemdelingenwet 2000, waarbij de aanvraag als kennelijk ongegrond werd aangemerkt. Daarnaast was verzoeker geen verblijfsvergunning regulier verleend en was er geen uitstel van vertrek verleend. Verzoeker heeft tegen deze afwijzing beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.

De zitting vond plaats op 30 juli 2020, waar verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde. De voorzieningenrechter overwoog dat een voorlopige voorziening alleen mogelijk is als de rechtbank nog niet op het beroep heeft beslist. Aangezien er op dezelfde dag uitspraak was gedaan in een andere zaak (NL20.10880), was een voorlopige voorziening niet meer mogelijk. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd, en de uitspraak werd gedaan door mr. M. van Nooijen, in aanwezigheid van griffier mr. K.A. Linthout. De uitspraak is niet op een openbare zitting gedaan vanwege coronamaatregelen, maar zal later alsnog openbaar worden gemaakt.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats 's-Gravenhage
Bestuursrecht
zaaknummer: NL20.10882

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoeker] , verzoeker

V-nummer: [V-nummer]
(gemachtigde: mr. T. Neijzen),
en

de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. J.S.M. Rietveld).

ProcesverloopBij besluit van 15 mei 2020 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijdafgewezen als kennelijk ongegrond op grond van artikel 31 van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw) juncto artikel 30b, eerste lid, aanhef en onder c, van de Vw. Daarnaast is aan verzoeker geen verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd verleend op grond van artikel 14, eerste lid, aanhef en onder e, van de Vw juncto artikel 3.6ba, eerste lid, van het Vreemdelingenbesluit 2000 (Vb). Aan verzoeker is ook geen uitstel van vertrek verleend op grond van artikel 64 van de Vw juncto artikel 6.1e van het Vb.

Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Het onderzoek ter zitting heeft, tezamen met de behandeling van de zaak NL20.10880, plaatsgevonden op 30 juli 2020. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Verzoeker stelt van Iraanse nationaliteit te zijn en te zijn geboren op [geboortedag] 1990.
2. Een voorlopige voorziening is alleen mogelijk als de rechtbank nog niet op het beroep heeft beslist. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL20.10880, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer mogelijk. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M. van Nooijen, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. K.A. Linthout, griffier.
Als gevolg van de maatregelen rondom het coronavirus is deze uitspraak nu niet uitgesproken op een openbare uitsprakenzitting. Dat zal op een later moment alsnog gebeuren. Deze uitspraak wordt zo snel mogelijk gepubliceerd op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is gedaan op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.