6.3Het oordeel van de rechtbank
Na te melden maatregel is in overeenstemming met de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder dit deze zijn begaan en gegrond op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken. De rechtbank neemt hierbij in het bijzonder het volgende in aanmerking.
De ernst van de feiten
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan meerdere strafbare feiten op twee verschillende dagen. De verdachte heeft, zonder aanwijsbare reden, midden in de nacht, een kras op de auto van een buurtbewoner, te weten [slachtoffer 1] , gezet. Later die dag heeft hij [slachtoffer 2] met de dood bedreigd. Door op deze manier te handelen heeft hij laten zien geen respect te hebben voor het eigendom van een ander en heeft hij een gevoel van onveiligheid gecreëerd in de buurt.
Verder is de verdachte op 21 juli 2019 onder invloed van alcohol en zonder geldig rijbewijs op zijn snorfiets gaan rijden. Vervolgens is de verdachte op de weghelft van [slachtoffer 3] terechtgekomen en is er een aanrijding tussen de verdachte en [slachtoffer 3] ontstaan. Aangeefster [slachtoffer 3] is door het ongeval met haar gezicht op de grond terechtgekomen en heeft daarmee meerdere tanden verloren. Tot op dit moment is het voor haar niet zeker of sommige van haar tanden geheel zullen genezen. Uit haar vordering blijkt dat zij hier lange tijd last van heeft gehad. De verdachte heeft zich niet om [slachtoffer 3] bekommerd toen zij viel en met haar gezicht op de straat terechtkwam. Integendeel, hij heeft zich na het dit ongeluk van de plaats van het ongeval verwijderd. Ten aanzien van het deelnemen aan het verkeer met alcohol op overweegt de rechtbank dat het algemeen bekend is dat de concentratie, de waarneming en het reactievermogen door het gebruik van alcohol negatief worden beïnvloed.
De persoon van de verdachte
Uit het strafblad van de verdachte van 12 februari 2020 blijkt dat verdachte in het verleden meermalen voor rijden onder invloed en het rijden zonder geldig rijbewijs is veroordeeld. Verdachte was een gewaarschuwd mens. Ook is hij eerder voor bedreigingen en vernielingen veroordeeld.
De rechtbank heeft daarnaast acht geslagen op het advies van GGZ Fivoor Reclassering van 13 maart 2020, opgesteld door [reclasseringswerker] . Hieruit blijkt dat er een duidelijke samenhang is tussen het alcoholgebruik van betrokkene en het in aanraking komen met politie en justitie. Er is bovendien een patroon aanwezig in het plegen van geweldsdelicten. Het recidiverisico wordt ingeschat als hoog. Eerdere opgelegde reclasseringstoezichten verliepen moeizaam. Tijdens het laatste toezicht in 2019 richtte de behandeling zich hoofdzakelijk op het alcoholgebruik van de verdachte. Aan de hand van cognitieve gedragstherapie werd hij behandeld voor misbruik van alcohol. Rond augustus 2019 bleek hij echter nog regelmatig te drinken en heeft hij besloten om niet langer mee te werken aan het reclasseringstoezicht. De verdachte heeft inmiddels meer inzicht gekregen in zijn problematiek en wil voor het eerst meewerken aan een klinische behandeling voor zijn alcoholgebruik. Gezien deze motivatie ligt een voorwaardelijke ISD-maatregel volgens de reclassering in de rede en dient aan te vangen met een klinische behandeling in een verslavingskliniek, gevolgd door een ambulante behandeling wanneer de verdachte uit de kliniek wordt ontslagen.
GGZ Reclassering Fivoor heeft vervolgens een Indicatiestelling Forensische Zorg aangevraagd. Met ingang van 6 april 2020 is het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte onder voorwaarden geschorst en is de verdachte opgenomen in de [kliniek] .
Uit het aanvullend reclasseringsadvies van 3 juli 2020 blijkt dat binnen zes weken na de plaatsing van de verdachte in de [kliniek] zich een tweetal incidenten hebben voorgedaan. Om die reden is de klinische behandeling van de verdachte voortijdig beëindigd. Sindsdien verblijft de verdachte in Duitsland. Ter terechtzitting is [reclasseringswerker] , als deskundige gehoord. Hij heeft toegelicht dat nadat de behandeling van de verdachte in de [kliniek] was beëindigd, hij wel wekelijks contact heeft opgenomen met zijn reclasseringswerker bij Tactus. De verdachte is nog altijd zeer gemotiveerd. Nu de verdachte door de voortijdige beëindiging van zijn opname in de [kliniek] onvoldoende kans heeft gehad zich tijdens het schorsingstoezicht klinisch te laten behandelen, heeft de reclassering geadviseerd de verdachte een allerlaatste kans te bieden en aan hem een voorwaardelijke ISD-maatregel op te leggen.
De verdachte heeft verklaard dat hij zich zal houden aan alle voorwaarden, verbonden aan een voorwaardelijke ISD-maatregel.
Voorwaardelijke ISD-maatregel
De rechtbank stelt vast dat aan alle voorwaarden die artikel 38m van het Wetboek van Strafrecht aan het opleggen van de ISD-maatregel stelt, is voldaan. De verdachte heeft zich immers schuldig gemaakt aan een misdrijf waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten. Dit geldt ook voor de misdrijven bewezen verklaard onder parketnummer 09/288144-19, nu in artikel 67, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering is neergelegd dat indien een verdachte geen vaste woon- of verblijfplaats in Nederland heeft, voorlopige hechtenis ook is toegelaten op misdrijven waarop een gevangenisstraf van minder dan 4 jaren is gesteld.
De verdachte is blijkens zijn strafblad van 12 februari 2020 in de vijf jaren voorafgaand aan het door hem begane feit ten minste drie maal tot een vrijheidsbenemende straf veroordeeld. De betreffende vonnissen zijn onherroepelijk. Het bewezen verklaarde feit is begaan na tenuitvoerlegging van deze straffen. Daarnaast is de verdachte een zeer actieve veelpleger, die over een periode van vijf jaren processen-verbaal tegen zich opgemaakt zag worden voor meer dan tien misdrijven, waarvan ten minste één in de laatste twaalf maanden, terug te rekenen vanaf de pleegdatum van het laatst gepleegde feit. Verder eist de veiligheid van personen of goederen het opleggen van de maatregel, gezien de ernst en het aantal van door de verdachte begane soortgelijke feiten. Er moet dan ook ernstig rekening mee worden gehouden dat de verdachte wederom een misdrijf zal begaan.
Niettemin geldt dat de ISD-maatregel een uiterst middel is, waartoe in beginsel slechts wordt besloten als alle eerdere hulpverlening is gestrand. Het reclasseringsadvies laat zien dat de verdachte, anders dan voorheen, gemotiveerd is behandeld te worden. Daarbij komt dat hij na zijn ontslag uit de [kliniek] niet is gerecidiveerd en wekelijks trouw contact opneemt met zijn reclasseringswerker bij Tactus. Gelet daarop en gelet op het reclasseringsadvies en de gemotiveerde houding van de verdachte zal de rechtbank aan de verdachte een voorwaardelijke ISD-maatregel opleggen.
De rechtbank zal aan de verdachte derhalve een voorwaardelijke ISD-maatregel opleggen, met een proeftijd van twee jaren, onder de door de reclassering in haar advies van 13 maart 2020 geformuleerde voorwaarden, te weten een meldplicht bij de reclassering, een opname in een zorginstelling, een ambulante behandeling en begeleid wonen of maatschappelijke opvang.