ECLI:NL:RBDHA:2020:6582
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling van een cliënt met psychogeriatrische aandoening
Op 30 juni 2020 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in een zaak betreffende de voortzetting van de inbewaringstelling van een cliënt, geboren in 1935, die lijdt aan de ziekte van Alzheimer. Het verzoek tot machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling werd ingediend door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) op 25 juni 2020, naar aanleiding van een last tot inbewaringstelling afgegeven door de burgemeester van Leidschendam-Voorburg op 24 juni 2020. De mondelinge behandeling vond plaats op 30 juni 2020, waarbij de rechtbank vaststelde dat de cliënt niet in staat was om adequaat te reageren op vragen en dat hij ernstig verwaarloosd was. De artsen gaven aan dat de cliënt oncorrigeerbaar gedrag vertoonde en dat er sprake was van een ernstig dreigend nadeel, waaronder levensgevaar en ernstige psychische schade. De rechtbank oordeelde dat de voortzetting van de inbewaringstelling noodzakelijk was om het onmiddellijk dreigend ernstig nadeel te voorkomen. De machtiging werd verleend voor de duur van zes weken, tot en met 11 augustus 2020. De beschikking werd gegeven door rechter O.F. Bouwman, bijgestaan door griffier K.A.M. Boeije, en is vastgesteld op 14 juli 2020. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.